Helder kleurloos, rookkleurig getint glas, opaak turkoois glas. Klokvormige kelk met omgeslagen rand en opgelegde, dubbele glasdraad. Op schouder alternerend drie mannenmaskers en drie noppen met kern van turkoois glas. Samengestelde greep met vier lussen, geribde knoop en balustervormige knop. Sporen van verguldsel op geribde knoop en glasdraad. In bel een glazen ring met zilveren klepel van later datum.
Willet hield van bijzondere voorwerpen, zoals dit glas in de vorm van een tafelbel. De wonderlijke naam, een verwijzing naar de Spaanse graaf Alva, heeft betrekking op de plechtige afzwering van Philips II als vorst der Nederlanden in 1581. Bij het feestbanket dat ter ere van deze gebeurtenis werd gegeven klonk men met ‘glaze klokjes’ op de voorspoed van de nieuwe Republiek. Tegelijkertijd werd de gehate Alva hiermee op subtiele wijze uitgeluid. ( Bert Vreeken)
Drinkuit in de vorm van een tafelbel, Duc d'Alfs Uitluiding genoemd. De naam heeft betrekking op de plechtige afzwering van Filips II als vorst der Nederlanden door de Staten-Generaal te Utrecht in 1581. Bij het feestbanket dat ter ere van deze gebeurtenis werd gegeven klonk men met 'glaze klokjes' op de voorspoed van de nieuwe Republiek. Tevens luidde men op deze wijze de Spanjaarden (in de persoon van de gehate hertog van Alva) uit. ( Annemarie den Dekker)
Catalogus glas AHM 1998
Drinkuit in de vorm van een tafelbel, Duc d'Alfs Uitluiding genoemd. De naam heeft betrekking op de plechtige afzwering van Filips II als vorst der nederlanden door de Staten-Generaal te Utrecht in 1581. Bij het feestbanket dat ter ere van deze gebeurtenis werd gegeven klonk men met 'glaze klokjes' op de voorspoed van de nieuwe Republiek. Tevens luidde men op deze wijze de Spanjaarden (in de persoon van de gehate hertog van Alva) uit. Het boek 'Nederlands Displegtigheden' uit 1732 gaat uitvoerig in op vorm en gebruik van deze drinkklokjes, geciteerd en afgebeeld in: van Dongen/Henkes 1994, pp. 12-13 afb. Soortgelijke glazen drinkklokjes bevinden zich in het Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam en het Rijksmuseum te Amsterdam (Van Dongen/Henkes 1994, pp. 12-13 afb.; Ritsema van Eck/Zijlstra-Zweens 1993, pp. 76-78 nrs 99-100 afb.). Ook fragmentarische bodemvondtsen zijn bekend (Henkes 1994, pp. 205-206 nrs 46.8-46.9 afb.). ( Bert Vreeken)
