Donkerblauw linnen mantelpak, bestaande uit een strakke rok en jasje met revers en lange mouwen. De rok heeft in het voorpand drie lengtenaden, welke op één centimeter vanaf de naad op de goede kant doorgestikt zijn. In de zijnaden een loopsplit van drieënhalve centimeter breedte, twee haak en ogen en een ijzeren rits.
Het jasje is vrij getailleerd. Aan de voorkant twee coupenaden op taillehoogte, op de rug wordt de ruimte ingenomen door middel van een opgestikt ceintuurtje van drie centimeter breedte. Het jasje sluit door middel van drie knopen, heeft twee borst- en twee heupzakken met klep. Het rugpand heeft een pasje. In de zoom, in het achterpand, zitten twee loodjes, voor een mooiere valling. De voering is van donkerblauwe crêpe zijde.
Onderzoek naar en fotografie van de 20e en 21e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.