Damesjurk A-lijn, Mini, 1965 - 1970
Edgar Vos (1931 - 2010-01-13) (modeontwerper)
Amsterdam
linnen, voeringzijde, zijde
lengte: 85 cm; halve omtrek mouw: 12 cm; halve borstomvang: 53 cm; halve onderwijdte: 73 cm; lengte mouw: 57 cm;
opschrift: Edgar Vos
opschrift: Boutique model
opschrift: P.C. Hooftstraat 132-134 A'dam
oud stadsbezit 1993
inv.nr. KA 19301
in depot
Damesjurk van tomatenrood linnen, mini model. Kraag, sluiting middenvoor door middel van een ritssluiting van 39 centimeter. Geen taillenaad, lange mouw met manchet. Aan weerszijden van de korte plooi middenvoor een passe-paile zak, verticaal ingezet. De gehele jurk, behalve de mouwen, is gevoerd met tomatenrode voeringzijde. Sierstiksels langs kraag, manchet en verticale coupenaden.
Trefwoorden
Als kind maakte Edgar Vos (1931-2010) al tekeningen van de garderobe van zijn moeder. Op papier bracht hij verbeteringen aan in haar kledingstukken. Vos volgde de modeopleiding aan de Gerrit Rietveld Academie en vertrok naar Parijs om stage te lopen bij Dior en Balmain. Terug in Nederland werkte hij korte tijd als hoedenontwerper en binnenhuisarchitect, om vervolgens te gaan etaleren bij boetiek Novelette in de P.C. Hooftstraat. Op verzoek van de eigenaresse ontwierp hij enkele modellen, die beter verkochten dan de ingekochte stukken. Na de dood van zijn werkgeefster nam hij in 1961 de zaak over onder zijn eigen naam : Edgar Vos Couture. Naast couture ontwierp Vos confectie, die verkocht werd in verschillende boetieks. In 1994 ontving hij van de Nederlandse Vereniging van modejournalisten de Max Heymansring. In september 2000 gaf Vos zijn laatste couture show. Wel bleef hij werken voor zijn vaste klanten. Paul Schulten (1965), die als coupeur bij Vos heeft gewerkt, nam vanaf januari 2001 het modehuis over en ging verder onder zijn eigen naam. (Annemarie den Dekker)
Amsterdam Museum
Onderzoek naar en fotografie van de 20e en 21e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.
Alle rechten voorbehouden