Doopstel bestaande uit schenkkan met scharnierend deksel en bekken. Gladde kan met holle gewelfde voet, peervormig lichaam met schenktuit en gedoornd C-vormig oor. Gewelfd, geprofileerd deksel. Dekselknop in de vorm van een bladertak met vogel. Op lichaam is gegraveerd: O:Z: Kapel/ 4 February 1866./. Holle voet verzwaard met gips. Glad rond bekken met brede rand. Op rand vier gegraveerde, door krulwerk gevormde cartouches waarin is gegraveerd: O:Z:/ Kapel/ 4 February/ 1866/. Rand kan en bekken opgelegd met alternerend bloem- en bladmotieven tussen C-voluten.
Herkomst
Geschenk van N.N. aan de St. Olofs- of Oudezijdskapel, Amsterdam, 1866; geschenk van B.J. van Benthem ter gelegenheid van het 75-jarig jubileum van het Amsterdams Historisch Museum, 2001
Kan en bekken werden in 1866 geschonken aan de Nederduits Hervormde St. Olofs- of Oudezijdskapel, gelegen aan de kop van de Zeedijk. Het stel werd gebruikt bij doopplechtigheden. In de notulen van de Subcommissie van Gecommitteerden, die de belangen van de Oudezijds Kapel behartigde, wordt op 2 maart 1866 melding gemaakt van de schenking van een zilveren doopbekken en -kan ten behoeve van de Oudezijds Kapel. De naam van de particuliere schenker wordt hierin niet genoemd (GAA, PA 378-2-4: Ned. Herv. Gem, afd. Kerkvoogdij, OZ Kapel, Handelingen van de subcommissie 1854-1874).
Het deel van de dekselknop onder de vogel is identiek met de broche die Jacob Hendrik Helweg in 1860 als huwelijksgeschenk voor zijn echtgenote vervaardigde (Van Benthem 1996~2, p. 261 afb. 353). De randversieringen van paarsgewijs om en om gelegde C-voluten zijn een enigszins stijve variant van de neo-rococostijl.
De Oudezijds Kapel werd in 1912 gesloten en raakte daarna in verval. Waarschijnlijk is toen het kerkzilver, of althans een deel ervan, in andere handen geraakt. ( Bert Vreeken)