De voetboog was tot in de 16de eeuw in gebruik bij de voetboogschutters. Bij de boog hoorden korte maar zware pijlen, die wel tot 350 meter ver konden worden afgeschoten.
Het wapen wordt zo genoemd omdat bij het spannen van de boog met de voet tegendruk werd gegeven in de beugel.
Tentoonstellingstekst
De gespannen ijzeren boog rechtte zich met een harde ruk; de afgeschoten pijl kon een verschrikkelijke uitwerking hebben.
Dit middeleeuws type kruisboog heeft voorlopers in de Romeinse Tijd. Het bleef in gebruik tot in de 16de eeuw. Moderne geweren, die hun vuurkracht ontleenden aan ontploffend buskruit, waren toen al hun opmars begonnen. De Kloveniers ontleende hun naam aan zo'n geweer, de 'clover'. Bij de boog hoorden korte maar zware pijlen, die wel tot 350 meter konden worden afgeschoten. Met een mechanische spanner werd de boog gespannen. Deze boog heeft het Engelse spanmechaniek, waarbij al draaiend aan de haspel de pees tot achter een haak getrokken werd. Tijdens het draaien hield men de boog met één voet stevig vast.