opschrift bovenzijde doek: SLxVxDxVALKxWNx: initialen van borduurster
: WN: onbekend
opschrift bovenzijde, middenas, in bloemenkrans: HIVDV / AEV: Hendrik Johannes van der Valk, vader van borduurster en
Anna Elisabeth Vermeer, moeder van borduurster
opschrift boven en onder bloemenmand links en rechts, onder kronen: MG / MB
MS / MC: regentessen van het weeshuis
MG: moeder Groenewegen, A.M. Groenewegen-van der Linden
opschrift onder de bloemenkrans: IW / EB / MLW: onbekend
opschrift links en rechts van het huis: JCCP / AEV / FJV / WMVDV: Wilhelmina Maria van der Valk
opschrift links en rechts van het linker en rechter vogelpaar: AN / 18 / 81 / NO: jaar voltooiing doek
bruikleen 1981-06-19
inv.nr. KB 1685 in depot
Vervaardigd in het Weeshuis van de Nederduitsch Hervormde Diaconie
Dit kleine doekje is gemaakt door Susanna Louisa van der Valk. Zij wordt op 7 februari 1867 te Amsterdam geboren als dochter van Hendrik Johannes van der Valk (1839) en Anna Elisabeth Vermeer (1839). Het echtpaar krijgt vier dochters; Susanna en haar zusjes Wilhelmina Maria (1862), Anna Elisabeth (1865) en Johanna Frederika (1869). Haar vader overlijdt in 1872 aan de pokken; haar moeder in 1879 aan een hartkwaal. De meisjes Van der Valk zijn nu wees en worden op 3 april 1879 opgenomen in het Weeshuis van de Nederduitsch Hervormde Diaconie. Wilhelmina is dan zeventien jaar. Zij is te oud voor opname en wordt toevertrouwd aan een voogd, haar oom Pieter Vermeer.
Het weeshuis van de Diaconie bevond zich aan de Binnen Amstel, op de hoek van de Zwanenburgwal en de Zwanenburgstraat. In 1888 werd het pand afgebroken vanwege bouwkundige gebreken. Een nieuw onderkomen herrees op dezelfde plek. Een eeuw later moest het wijken voor de Stopera. Het weeshuis was bestemd voor kinderen van gereformeerde huize.
Het handwerkonderwijs in het weeshuis was van hoog niveau. Dat bewijst de borduurdoek van Susanna, die zij in 1881 vervaardigt en die slechts 22 cm bij 22 cm meet. Het jonge meisjes werkt met zijden garen op een katoen ondergrond, in één kleur: roestbruin. Ze maakt, naast de gebruikelijke kruissteekjes, gebruik van een dubbele stersteek en de kastjessteek. Naast de initialen van haar ouders, in de bloemenkrans, en die van haar zusjes worden ook de vier diaconnessen of regentessen van het weeshuis gememoreerd. Deze dames van goeden huize werden moeder genoemd. Hun initialen zijn groter uitgewerkt en voorzien kronen. De initialen MG behoren A.M. Groenewegen-van der Linden toe, Moeder Groenewegen. De namen van de drie andere regentessen –MB, MS en MC- zijn onbekend. Wat dit werkje bijzonder maakt is dat het dubbelzijdig is. Deze manier van borduren leent zich uitstekend voor het merken van linnengoed, dat aan beide zijden gezien moest kunnen worden. De voor en de achterzijde van de doek zijn vrijwel identiek, zonder zichtbare aan- en afhechtingen. Een knap staaltje borduurwerk.
( Suzette van 't Hof)