Tentoonstellingstekst
Vanwege de besmettelijkheid van de ziekte lepra lag het Leprozenhuis buiten de stad (ter hoogte van het huidige Mr. Visserplein). Door de stadsuitbreiding kwam het tehuis rond 1600 binnen de stadsmuren te liggen. Het aantal lepraleiders, of melaatsen, was toen echter al afgenomen en het Leprozenhuis kreeg langzaam een andere bestemming. Het gebouw werd in de 18de eeuw gebruikt als tehuis voor ‘simpelen en onnozelen’ en proveniers, mensen die tegen een vergoeding in het tehuis konden wonen. In 1859 werd het Leprozenhuis opgeheven.
Catalogus AHM 1975/'79
Op de achtermuur vier wapens. Blijkens de signatuur naar een tekening door Adolf van der Laan (1690-1742). Een tweede exemplaar van het stuk bevindt zich in Cambridge, Mass. (USA) in het Fogg Art Museum (inv.nr. 1959.153, oorspronkelijk als werk van J. Trumbull; door S.J. Gudlaugsson, blijkens een notitie op het RKD, aan H. Keun toegeschreven).
Het Leprozenhuis, waar de melaatsen gehuisvest waren, lag tot het eind van de 16de eeuw buiten de stadsomwalling, ter hoogte van het huidige Mr. Visserplein tegenover de Portugese Synagoge. Later werd het gebouw gebruikt als zwakzinnigen- en proveniershuis. Dat laatste wil zeggen: huisvesting voor degenen die zich vrijwillig, tegen betaling, lieten opnemen. De instelling werd in 1859 bij Raadsbesluit opgeheven.
Links de uitgang naar de Rapenburgerstraat met daarachter het dak van de Portugese Synagoge. Vergelijk de tekening van Gerard de Lairesse (1640-1711; Gemeentearchief, Amstrerdam; afgeb. in Brugmans IV, p. 715) en het schilderij uit 1821 door Johannes Jelgerhuis (AHM, inv.nr. A 1858), beide van dezelfde binnenplaats . ( Albert Blankert)
Tentoonstellingstekst
Het Leprozenhuis, waar melaatsen verpleegd werden, lag tot het eind van de 16de eeuw buiten de stadsomwalling (ter hoogte van het huidige Mr. Visserplein tegenover de Portugese Synagoge). In de loop der tijden kreeg het Leprozenhuis, door het afnemen van het aantal melaatsen, een andere bestemming. Het gebouw werd uiteindelijk gebruikt als zwakzinnigen- en proveniershuis. Dit laatste wil zeggen: huisvesting voor degenen die zich, vrijwillig, tegen betaling lieten opnemen. In 1859 werd bij raadsbesluit de instelling opgeheven. Vergelijk het schilderij uit 1821 van Johannes Jelgerhuis met dezelfde binnenplaats, dat eveneens op deze verdieping hangt.
Tentoonstellingstekst
Na omstreeks 1650 kwam lepra niet veel meer voor. Het Leprozenhuis kwam toen in gebruik als tehuis voor bejaarden.