Jacob van Heemskerck die de tocht naar Nova Zembla had meegemaakt en in Indië voorspoedig oorlog had gevoerd, was met een vloot van 26 schepen van Texel uitgezeild om de Spaanse koopvaardijvloot afbreuk te doen. Toen hij in Lissabon vernam dat deze al vertrokken was en hij hoorde dat een Spaans eskader de Nederlandse koopvaardijschepen bij hun terugkomst uit de Middellandse Zee ter hoogte van Gibraltar afwachtte, veranderde Heemskerck van koers. Hij zeilde de Spaanse vloot tegemoet. Hoewel minder sterk dan de negen grote galjoenen en twaalf andere oorlogsschepen die hij aantrof, aarzelde Heemskerck geen moment om aan te vallen. Hij raakte zelf met het vijandelijke admiraalsschip slaags en werd bij de eerste aanval al dodelijk getroffen. Benedendeks gaf Heemskerck de geest. Men hield zijn dood geheim, de strijd werd met heldenmoed voortgezet en de vijandelijke schepen werden volledig verslagen, in brand geschoten of op 't strand gejaagd. Het sneuvelen van Heemskerck betekende echter dat de vruchten van de overwinning - het plunderen der nabijgelegen kusten en het schoonvegen der Middellandse Zee - niet konden worden geplukt. ( Dedalo G. Carasso)