De graaf van Henegouwen erfde Holland na het kinderloos overlijden van graaf Jan I. Hij moest dadelijk al een grote inval der Vlamingen afweren, waardoor bijna het gehele land verloren ging. Na een grote overwinning der Vlamingen op het eiland Duiveland vielen steden en kastelen de een na de ander in hun handen en rukten zij tot bij Haarlem op. Ook deze stad zou haar poorten hebben moeten openen omdat zij geen aanvoerder had. Maar Witte van Haemstede, de bastaardzoon van Floris V, die bij de slag van Duiveland ontkomen was, landde met een klein groepje getrouwen te Zandvoort. Nadat hij de hoogste duinen beklommen had, ontrolde hij de oude en zo vaak zegevierende banier van Holland. Dit gaf de burgers moed. Zij haalden Witte in en verdreven onder diens aanvoering de vijand.
De voltooide Sint-Bavo op de achtergrond en de gebeurtenis zelf berusten niet op historische juistheid. Witte van Haemstedes actie werd omstreeks 1440 pas voor het eerst in de geschiedschrijving vermeld. In de 19de eeuw groeide Wittes overwinning op de Vlamingen tot een nationale legende uit. David van Lennep, de vader van Jacob, was daarvoor verantwoordelijk. Hij woonde op het buitengoed ‘Het Huis te Manpad’ en nam in 1817 het initiatief voor een gedenknaald bij het Manpad, waar het treffen zou hebben plaatsgevonden. In 1826 bezong hij de ‘slag bij het Manpad’ in zijn ‘Hollandsche Duinzang’. In 1955 heeft de historicus F.W.N. Hugenholtz de historische ongegrondheid van Wittes overwinning bij het Manpad aangetoond. ( Dedalo G. Carasso)