Catalogustekst
Adriaen van de Venne blonk uit in kleine moralistische taferelen in grisailletechniek. Er zijn meer dan honderd grauwtjes van zijn hand bewaard, waarin vooral de eenvoudige, boerenbevolking het moet ontgelden. Hun liederlijke gedrag diende ter lering en vermaak van een meer gefortuneerd afnemerspubliek. De spreukband bevat steeds een kort commentaar op de afbeelding. Lange tijd is gedacht dat Van de Venne dit type schilderijtjes al vervaardigde vóór zijn vertrek naar Den Haag in 1623 maar recent materiaaltechnisch onderzoek van de panelen heeft aangetoond dat dit onwaarschijnlijk is. Zo is op All’-Arm! de datering steeds als 1621 gelezen hoewel dit schilderijtje waarschijnlijk in 1631 is gemaakt. Onder het motto ‘à l’arme’ (te wapen) gaat een vijftal in lompen gehulde sloebers elkaar te lijf, terwijl een vrouw haar armen ontzet ten hemel heft. De moralistische boodschap is dat bij diegenen die geheel berooid zijn – All arm – geweld onvermijdelijk is. Op Jammerlijck (bedroevend) zijn de onderlinge verhoudingen niet veel beter. Twee boeren gaan elkaar met een hooivork en een dorsvlegel te lijf. Een boerin en een boerendochter proberen de vechtende landmannen uit elkaar te halen. Evenals op All’-Arm! is er een figuur links op de achtergrond die getuige is van het tumult.
Deze twee grisailles zijn de kwalitatief beste van vier panelen die in 1898 door Gijsbert de Clercq aan de stad Amsterdam werden geschonken. Blijkens bewaard gebleven notities zijn ze als paar afkomstig uit de verzameling van zijn moeder Aaltje Stinstra Banga (1816-1890). Het andere paar, waarvan er een 1632 is gedateerd [SA 7424 en 7425] werd door De Clercq verworven op een veiling in 1875. ( Norbert Middelkoop)
Tentoonstellingstekst
Een groep vechtende bedelaars is afgebeeld onder het motto “all'-arm!”. Dit is een woordcombinatie van “allen arm” en de waarschuwingskreet “alarm”, die afkomstig is van het Franse “à l’arme” (te wapen). Op spottende wijze wordt uitgebeeld dat waar armoede heerst geweld onvermijdelijk is.
Catalogus AHM 1975/'79
Er is vrij veel ondertekening zichtbaar. Midden onder op een banderol het opschrift "All arm" (facsimile in cat. Rijksmuseum). Hetzelfde opschrift vindt men net zo op een andere, even grote grisaille van Van de Venne, waarvan de compositie heel anders is, doch de inhoud hetzelfde. Ook daarop heft een bedelaar, wiens ene knie op een prothese steunt, zijn kruk boven het hoofd om een neergevallen figuur te slaan en strekt een oude vrouw,wanhopig haar armen omhoog (Den Haag, Dienst voor 's Rijks Verspreide Kunstvoorwerpen; cat.tent. Arm in de gouden eeuw, AHM 1965/66, cat.nr. 2, afb. 5; fraaier, van kwalitait dan ons schilderij). Het motto "All arm" komt ook voor op een 1642 gedateerd titelblad voor een album tekeningen van Van de Venne; daarop staat het op een oude lap, die een in lompen gehuld paar tussen zich inhoudt (Wenen, Albertina; Bol, op.cit., afb. 16). Ook komt het nog op andere schilderijen voor (Bol, op.cit., blz. 131, noot 10).
Bol wijst op Van de Vennes kennelijke opzet om met zo'n onderschrift te demonstreren "de overvloedighe bequaemheyt van de Neder duytsche tael, hoe dat een woort tweesins toe ghebruyckt kan werden". Het motto "all arm" heeft zelfs drie betekenissen: 1. allen arm, 2. hevig rumoer, opschudding, 3. waarschuwende kreet: "alarm!" (Bol, op.cit., blz. 141). Vanwege het gewapend optreden (zij het dan met povere uitrusting), dat onderwerp van de schilderijen is, moet m.i. ook gedacht worden aan de oorspronkelijke betekenis van het woord, namelijk "à l'arme": "te wapen!" (vgl. F.A. Stoett, Nederlandsche Spreekwoorden, Spreekwijzen .. I, Zutphen 1923 4, blz. 30, nr. 72). Andere schilderijen van Van de Venne met het onderschrift "all arm" tonen ook vechtende bedelaars (foto's op RKD). De strekking zou kunnen zijn dat waar alles en iedereen arm is, handgemeen onvermijdelijk is.
Even groot als cat.nrs. 468 en 469 en behorend tot dezelfde schenking De Clercq, zijn grisailles in het Rijksmuseum voorstellend een 'Boerendans' (gedateerd 1632) en ons cat.nr. 469.
Bol stelt dat Van de Vennes eerste grisailles uit 1621 stammen (Bol, op.cit., blz. 129, noot 1), waardoor cat.nr. 468 tot die vroegste zou behoren. Er bestaan echter ook vroegere grisailles van de meester: 1. De neuzenslijper, Gothenburg, Museum, cat. 1934, nr. 86, met afb., gem. en gedat. 1612; 2. Jongeman voor de spiegel, gem. en gedat. AV Haga Comit. 1618, voorheen ksth. J. Goudstikker, Amsterdam (foto op RKD, met notitie: 1628?). Wel hoort ons stuk tot de laatste schilderijen die Van de Venne in Middelburg schilderde, voordat hij zich in Den Haag vestigde (aldus reeds Bol, blz. 137).
Martin herkende in Van de Vennes grisailles "een mengsel van boert an emblematiek, maar .. meestal grappig bedoeld, veelal met een grotesken inslag" (MARTIN I, blz. 372). Bol ziet er "meegevoel" en sociaal gevoel in voor "door het leven gehavende schepselen en misdeelden" (Bol, blz. 67; vergelijk MARTIN I, blz. 256). Het komt mij voor dat achter deze laatste begrippen, wanneer gehanteerd t.a.v. de 17de eeuw, een vraagteken op zijn plaats is. Enig inzicht in Van de Vennes benadering verschaft m.i. een aanhaling uit zijn eigen gedicht "Tafereel van Sinne mal": "Wil yemant groot gheweet met naersticheyt doorsoecken, / Let op gheringhe stoff, en siet de schepsels aen" (Bol, blz. 76). ( Albert Blankert)
Tentoonstellingstekst
Een groep vechtende bedelaars is afgebeeld onder het motto "all'-arm!". Dit is een woordcombinatie van "allen arm" en de kreet "alarm!", die afkomstig is van het Franse "à l'arme" (te wapen). Op spottende wijze dat geweld onvermijdelijk is waar armoede heerst.
Van de Venne was naast schilder ook dichter en uitgever. Hij heeft een groot aantal grisailles gemaakt. Deze monochrome schilderijen, veelal voorzien van een moraliserend onderschrift, waren zeer in trek bij de rijke burgerij.