De jaren tachtig staan in Amsterdam veelvuldig in het teken van kraakacties en het optreden van de M.E. daartegen. Achter de grimmige haag van helmen houdt een klein meisje een oranje vlag omhoog. Zij herinnert ons aan de inhuldiging van koningin Beatrix op 30 april 1980. Onder de leus ‘Geen woning, geen kroning’ wordt er die dag gekraakt, gedemonstreerd en stevig gevochten met de M.E. ( Laura van Hasselt)
Als het NRC Handelsblad in 1977 wegtrekt uit het oude Jugendstil-gebouw aan de Nieuwezijds Voorburgwal, duurt het niet lang voordat een groepje krakers de leegstaande ruimtes betrekt. Het wordt een vrijplaats voor punks, junks, zwervers, backpackers en studenten, die in de woningnood van de jaren ’70 een kamer zoeken in Amsterdam. Kunstenaar David Veldhoen (1957) komt op de begane grond te wonen. Hij sticht hier samen met collega-kunstenaar Peter Giele (1954-1999) galerie AMOK, dat een centrale rol speelt in de kunstscene van de jaren tachtig.
Met het oog op de kroning van prinses Beatrix op de Dam, wordt het gebouw in 1980 aangekocht door de gemeente Amsterdam ten behoeve van jongerenhuisvesting. De krakers worden nu huurders en mogen in het pand blijven wonen. Hiermee hoop de gemeente oproer tijdens de kroning op 30 april te voorkomen. Hoewel krakers tijdens de inhuldiging op meerdere plekken slaags raken met de ME, vechten Veldhoen en Giele niet mee. Als kunstenaars laten ze hun stem horen door middel van een performance voor de deur van hun galerie. Ze vervaardigen een wachtershuisje en schilderen een portret van Beatrix, zonder gezicht. Veldhoen verbeeldt zijn impressie van de rellen in het schilderij Schuttersstuk – het gezicht van de ME. Achter de grimmige gezichten, witte helmen en rijen tanden van een bloeddorstige politiehond houdt een klein meisje een oranje vlag omhoog. Zij herinnert ons aan de feestelijkheden van de inhuldiging, die enigszins overschaduwd worden door de rellen een paar straten verderop. ( Sarah Remmerts de Vries)