Met dit beeld wil de kunstenaar protesteren tegen de veelvuldige inzet van de ME rond 1980. De politieman is zwaar gepantserd maar heeft geen gezicht: van hem wordt slechts verwacht bevelen uit te voeren zonder na te denken over maatschappelijke kwesties zoals woningnood en kernenergie. Het beeld is hiermee ook een protest tegen het, in de kunstenaars ogen, falende beleid van de overheid.
Karel Gomes verbeeldt deze ME’er als een gepantserde gestalte, als persoon onherkenbaar zonder eigen gezicht. Hij maakt het beeld begin jaren tachtig, wanneer de woningnood hoog is in Amsterdam en er tegelijkertijd leegstand is. Het ene na het andere pand wordt gekraakt en vaak met geweld verdedigd. De Mobiele Eenheid bindt regelmatig de strijd aan met krakers. Het sociale engagement van Gomes blijkt ook uit zijn beelden van arbeiders en vluchtelingen. ( Anneke van de Kieft)