Francisca Augustina Maria Anink (Francina), wordt op 14 februari 1907 in Amsterdam geboren. Haar ouders zijn Petrus Franciscus Anink (1878-1956) een procuratiehouder en Johanna Maria Kristel (1879-1946). Zij trouwen op 24 juni 1903. Het paar verwelkomt zeven kinderen: eerst drie meisjes, daarna vier jongens. Samen met haar zusje Christina (1905) volgt Francisca onderwijs aan de katholieke Mariaschool aan de Admiraal de Ruyterweg. Ze leren er beiden handwerken. Francisca blijft, net als Christina, ongehuwd. Ze vindt haar weg in de farmacie. Veertig jaar lang is ze werkzaam als apothekersassistente. Of dit bij dezelfde apotheker is, in Amsterdam of elders, is niet bekend. Ze overlijdt in Heemstede, in de zomer van 1987.
Haar rodeschoollap en haar steken- en nadenlap komen samen met de rodeschoollap van haar zusje in de collectie van het museum terecht. De schenkster is een dochter van Bob Anink, de broer van de meisjes, en een tantezegster. In het handwerkonderwijs worden jonge meisjes in de nuttige en fraaie handwerken onderricht. Steken- en nadenlappen maken deel uit van de eerste categorie.
Op deze doekjes worden verschillende technieken geoefend zoals het maken van kantjes en al dan niet opengewerkte sierranden, het aan elkaar zetten van losse strookjes stof en soms ook het maken van knoopsgaten. Francisca’s doek meet 25,5 x 23 cm. Ze heeft blauw katoenen borduurgaren gebruikt op een witte ondergrond. Aan de achterzijde is links, vermoedelijk door de handwerklerares, een strookje aangebracht met Francina’s naam, de Mariaschool en Amsterdam. Aan de voorzijde heeft Francina zelf haar naam in kruissteek achtergelaten. Ze moet alleen nog even oefenen op de juiste spelling. Ze heeft de doek in 1916 voltooid.
(Suzette van 't Hof)