opschrift eerste rij: alfabet / cijferreeks / drie opwaarts gerichte pijlen / drie gotische g's / BWJvdL/TM/SGK/AWB/IVZ /MEW: alfabet: kapitalen
. BWJvdL: B.W.J.v.d. Linden, Hoofd der Meisjes- en Kinderafdeling
. TM: T. Meeter, Meisjes-Groothuismoeder
. SGK: Sophia Geertruida KDe merklap bevat van boven naar beneden:
. AWB: Anna Wilhelmina Berton, Wollen Matres
. IVZ: J.V. Zeegers, Wasch- en strijkmoeder
. MEW: Maria Elisabeth Welzenbagh, Meisjes-Ziekenmoeder
opschrift tweede rij: alfabet / cijferreeks / drie opwaarts gerichte pijlen / drie gotische g's / HC/ATD/WvB/JCCK/JEvB/WvB/PvB: alfabet: kapitalen
. HC: onbekend
. ATD: Alberdina Theodora Adriana Dunich, Kindermoeder der kleine weeskinderen
. WvB: Wouterus van Bruinessen, vader van maakster
. JCCK: Johanna Christina Cornelia Kelk, moeder van maakster
. JEvB: Johanna Elisabeth van Bruinessen, zus van maakster
. WvB: Wouterus Petrus van Bruinessen, broer van maakster (?)
. PvB: Petrus van Bruinessen, broer van maakster
opschrift derde rij: alfabet / cijferreeks / jccvb/javb/awcvb/je/jmk/agr/hl: alfabet: onderkast, cursief
. jccvb: Johanna Christina Cornelia van Bruinessen, zus van maakster of maakster
. javb: Johanna Alida van Bruinessen, zus van maakster
. awcvb: August Wilhelm Christiaan van Bruinessen, 1855, oom van de maakster???
. je: Jannetje Geertruida Engels, 1857, echtgenote van August, tante van maakster?
. jmk onbekend
. agr onbekend
. hl onbekend
opschrift vierde rij: alfabet / cijferreeks / drie opwaats gerichte pijlen / drie gotische g's / HEvB/CBK/EvW/JCCvB/BvG/BK: alfabet: kapitalen
. HEvB: onbekend
. CBK: onbekend
. EvW: onbekend
. JCCvB: Johanna Christina Cornelia van Bruinessen
. BvG: onbekend
. BK: onbekend
opschrift vijfde rij: Wouterus van Bruinessen. Johanna Christina Cornelia Kelk… dvb.em: Wouterus van Bruinssen: vader van borduurster
Johanne Christina Cornelia Kelk, moeder van borduurster
dvb: onbekend
em: onbekend
opschrift zesde rij: Johanna Christina Cornelia van Bruinessen, oud 13 jaar anno 1896.eh: naam en leeftijd van borduurstre, jaar voltooiing doek
eh: onbekend
opschrift zevende rij: alfabet A t/m T: alfabet: kapitaal, cursief
opschrift achtste rij: JhJB/jhFHG/JhLRvR/JWHC/WFCD/JGvG/JS/CvB: . JhJB: Jhr. Jacob Backer jr., regent van 1855-1900
. jhFHG: Jhr.mr. Ferdinand Hooft Graafland, regent van 1877-1900
. JhLRvR: Jhr. Louis Rutgers van Rozenburg, regent van 1883-1900
. JWHC: Jacob Willem Hendrik Crommelin, regent van 1888-1900
. WFCD: Willem François Constantijn Druyvesteyn, regent van 1888-1900
. JGvG: Jan Gerrit van Gelder, regent 1890-1898
. JS: onbekend
. CvB: onbekend
opschrift negende rij: BvdL/TM/SGK/AWB/JVZ/MEW/ATAD/HC/WP: . BvdL: B.J.W. v.d. Linden, Hoofd der Meisjes- en Kinderafdeling, 1894-1895
. TM: T. Meeter, Meisjes-Groothuismoeder, 1895-1897
. SGK: Sophia Geertruida Kloppenburg, Opper-Linnen-Naaimatres, 1895-1916
. AWB: Anna Wilhelmina Berton, Wollen Matres 1894-1919
. JVZ: J.V. Zeegers, Wasch- en strijkmoeder, 1894-1895
. MEW: Maria Elisabeth Welzenbagh, Meisjes-Ziekenmoeder, 1882-1897
. ATAD: Alberdina Theodora Adriana Dunich, Kindermoeder der kleine weeskinderen, 1896- 1916
. HC: onbekend
. WP: onbekend
opschrift tiende rij: JCCvB / ATAD / AWB / TM / BWJvdL / SGK / IVZ / MEW / HC: . JCCvB: Johanna Christina Cornelia van Bruinessen
. ATAD: Alberdina Theodora Adriana Dunich, Kindermoeder ‘der kleine weeskinderen’, 1896-1916
. AWB: Anna Wilhelmina Berton, Wollen Matres 1894-1919
. TM: T. Meeter, Meisjes-Groothuismoeder, 1895-1897
. BWJvdL: B.W.J.v.d. Linden, Hoofd der Meisjes- en Kinderafdeling, 1894/9-1897
. SGK: Sophia Geertruida Kloppenburg, Opper-Linnen-Matres, 1895-1916+
. IVZ: J.V. Zeegers, Wasch- en strijkmoeder, 1894-1895
. MEW: Maria Elisabeth Welzenbagh, Meisjes-Ziekenmoeder, 1882-1897
. HC: onbekend
opschrift eerste rij tussen de motieven: WvB / JCK: . WvB: Wouterus van Bruinessen, vader van maakster
. ICK: Johanna Christina Cornelia Kelk, moeder van maakster
opschrift tweede rij tussen de motieven: JCVB/HF?/JF?/WEVB: . IEVB: Johanna Elisabeth, zus van maakster
. HF: onbekend
. JF: onbekend
. WPVB: Wouterus Petrus van Bruinessen, broer van maakster
opschrift derde rij tussen de motieven: AvB / Anno 1896 / PvB: AvB: onbekend
PvB: onbekend
In het Amsterdamse Burgerweeshuis konden kinderen van Amsterdamse poorters (burgers met rechten om in de stad te wonen) terecht, die geen ouders of een moeilijke thuissituatie hadden. Weesjongens en –meisjes leefden in het weeshuis veelal een gescheiden bestaan. Ze hadden aparte gebouwen met slaapzalen en zelfs aparte binnenplaatsen om te zitten en spelen. Terwijl de oudere jongens overdag buiten de deur een ambacht leerden, bleven de grote meisjes binnen, waar ze opgeleid werden tot nette huisvrouw. Ze leerden breien en naaien, en moesten tussen hun zestiende en achttiende jaar helpen in de huishouding. Daarna keerden ze terug naar het naaiatelier, waar ze soms opdrachten ontvingen van deftige Amsterdamse dames. Op merk- en stoplappen oefenden de meisjes met borduur- en verstelwerk. ( Sarah Remmerts de Vries)
De borduurster van deze doek Johanna Christina Cornelia van Bruinessen, kortweg Cor, werd op 30 mei 1881 in Amsterdam geboren. Zij is de dochter van Wouterus van Bruinessen (1845) en Johanna Christina Cornelia Kelk (1845). Uit dit huwelijk worden zes jongens en zeven meisjes geboren. Niet alle kinderen zijn levensvatbaar; Wouterus en Johanna worden zwaar door kindersterfte getroffen. Cor is de negende in de lijn. Als zij in mei ter wereld komt is haar zusje eveneens Johanna Christina Cornelia genaamd, enkele maanden daarvoor op tweejarige leeftijd overleden. Cor is 12 jaar als ze in 1893 haar moeder verliest. Enkele jaren later, op 29 mei 1896, wordt haar vader op de Handelskade door een spoorwagen overreden. Cor is wees en wordt op 17 juni 1896, samen met haar jongere zusje Johanna Alida (1887) in het Burgerweeshuis aan de Kalverstraat ondergebracht. Daar ontvangen zij handwerkonderwijs om later in hun eigen levensbehoefte te kunnen voorzien.
Korte tijd later, als zij het weeshuis al verlaten heeft, ontmoet Cor Gerrit Osnabrugge een treinsmid uit Renswoude. Op 11 augustus 1904 geven zij elkaar het ja-woord in Amsterdam. De bruidegom woont op dat moment in Johannesburg, Transvaal in Zuid-Afrika. Het huwelijk wordt met de handschoen voltrokken. Cor en Gerrit blijven kinderloos. Als het paar al ruim dertig jaar getrouwd is emigreert het in 1938 naar Saint Paul, Ramsey in Minnesota in de Verenigde Staten. Na enkele jaren overlijdt haar man, inmiddels George genaamd, in 1949. Cor is weduwe. Ze blijft in Minnesota wonen en blaast daar op 31 december 1970 haar laatste adem uit. In het weeshuis werkt Cor aan een merklap en een stoplap. Beide doeken zijn door Stichting Spirit in langdurige bruikleen gegeven aan het museum.
Deze merklap, die altijd voor een stoplap uitgaat, draagt het handschrift van een Burgerweeshuisdoek. Deze doeken openen standaard met een aantal rijen alfabetten en cijferreeksen in donkerrood garen. Het aantal herhalingen van die alfabetten varieert. Zowel het Gotische en het Romeinse schrift worden daarbij geoefend. Elke rij wordt afgesloten met een reeks initialen. Dan volgen meestal twee regels met persoonlijke gegevens over de borduurster, haar ouders, haar leeftijd en het jaar waarin de doek voltooid is. De laatste regels zijn gewijd aan het personeel van het weeshuis en aan de regenten en regentessen, op de laatste regel voorzien van kronen.
Op de zesde regel van boven laat Johanna haar eigen naam achter. Ze vertelt verder dat ze “oud 15 jaar’ is en dat haar doek ‘anno 1896’ tot stand is gekomen. Onder dit ‘officiële gedeelte” worden allerlei romantische motiefjes geborduurd. Ze komen in wisselende samenstellingen ook voor op andere merklappen, die in deze periode in het weeshuis vervaardigd zijn. De latere doeken bestaan uit twee rijen van elk drie romantische motiefjes waartussen initialen zijn aangebracht. De patronen komen hoogstwaarschijnlijk uit voorbeeldboekjes en zijn op smaak gekozen. Deze aansprekende motieven zullen, na al die saaie regels, zeker het borduurplezier van de meisjes verhoogd hebben.
Johanna’s doek meet 47 x 47 cm wat een gangbaar formaat is voor weeshuisdoeken. Ze heeft gebruik gemaakt van kruis-, kastjes- en stersteken en gewerkt met zijden garen op een linnen ondergrond. Ze is nu klaar voor de stoplap, die ze nog in hetzelfde jaar, eveneens als vijftienjarige zal voltooien (KB 3783.1). Johanna is in mei geboren. Mogelijk is ze eind 1895 aan haar merklap begonnen en heeft ze haar beide oefeningen in rap tempo volbracht.
(Suzette van 't Hof)
Amsterdam Museum, bruikleen van Stichting Het Burgerweeshuis - Rooms Catholiek Jongens Weeshuis