Jak van fijn gespikkelde lila katoen, geplooide kraag, lange mouwen, ceintuur en een lange schoot. Het jak is niet modieus, het is werkkleding voor een vrouw uit de middenstandsklasse. De stof was populair voor werkkleding. Het jak is voor een persoon met een grote maat. Door de lange strakke mouwen, de hoge taille en kraag is het jak tussen 1820-1830 te dateren. Het jak heeft een witte katoenen voering. Dit duidt ook op werkkleding. Nachtkleding werd niet gevoerd.
Doordat werkkleding vaak gedragen werd totdat het versleten was, is werkkleding meestal niet bewaard. Een jak als deze is daarom zeldzaam. Behalve een aangezet stuk bij de linkermouw, is het jak niet vermaakt.
Onderzoek naar en fotografie van de 18e- en 19e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds, het Netty van Doorn Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.