Onderrok van blauwe chintz (katoen), met opgezette stroken van blauwe met grijze strepen tafzijde en franje. Afgebiesd met zwarte fluwelen band. De stof is 19e eeuwse voeringstof. De stroken of randen met patronen zijn rond 1855-1860 in de mode, dit wordt a la disposition genoemd. Er zijn drie stroken langs de rand van de rok geplaatst zodat het er meer lijken. Door de dubbele lagen stof staat de rok wijder en stijver uit voor meer volume, voor het dragen van een crinoline onder de rok.
Er zijn meerdere elementen die erop duiden dat de rok als verkleedkleding gebruikt is. De zwarte fluwelen band langs de zoom klopt niet, dit zou een koord geweest zijn. Ook de stof is voeringstof.
Bij de rok is een extra stuk zwart band fluweel.
Onderzoek naar en fotografie van de 18e- en 19e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds, het Netty van Doorn Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds