Modieuze driedelige japon van dunne beige wollen stof, bestaande uit jas of lijfje, rok en draperie, met blauwe band gegarneerd. Jas of lijfje met lange mouwen en hoge sluiting met kant langs hals. De jas valt wijd vanaf de iets verhoogde taille. Er zijn nu vier sluitingen met brandenburgers en knopen, maar oorspronkelijk was er geen sluiting. De kanten hals is waarschijnlijk ook later toegevoegd.
De overrok kan met lussen en knopen iets worden opgetild, zodat de onderrok zichtbaar wordt. In de tailleband zijn zes banden bevestigd om de rok op te halen. De tailleband is mogelijk vermaakt.
De japon volgt het modesilhouet, en werd gedragen als sportief wandelskostuum. De japon werd met een crinoline gedragen om de rok wijduit te laten staan. Bijzonder is het lijfje dat tegelijkertijd een jas is.
De japon verkeert nu in slechte staat en kan niet worden opgesteld.
Losse knopen van blauwe zijde, 21 stuks.