etiket doos: Trouwschoentjes van mama L. Coovels-Smits
: handgeschreven met potlood
aankoop 1972-07-04
inv.nr. KA 15001.3 in depot
Paar crèmekleurige zijden satijnen open huwelijkschoenen met leren zool, gevoerd met glacé-leder. Op de neus rozet van kant met oranjebloesem en uitgerafeld lint.
In een doos van wit karton is met potlood geschreven: Trouwschoentjes van mama L. Coovels-Smits. Deze doos is waarschijnlijk niet bijpassend.
Herkomst
Gedragen door Maria Mechtildis Ludovica Smits (geb. Veghel 27 Oct. 1855, overl. Helmond 2 juni 1926) op haar huwelijk (9 sept. 1880) met : Petrus Johannes Coovels (28.8.1850-13.1.1901)
Vrouwen zijn van oudsher in hun mooiste japon getrouwd en die was bij voorkeur kleurig. In het laatste kwart van de negentiende eeuw is ook zwart een geliefde kleur om in te trouwen. Alleen bruiden van vorstelijke huizen trouwen dan in zilverbrokaat of wit satijn. In de loop van de achttiende eeuw volgen ook adel en rijke burgerij deze gewoonte. Pas in het begin van de negentiende eeuw wordt trouwen in het wit gebruikelijker. Er ontstaat een uitgebreide etiquette met daarin voorgeschreven hoe men zich dient te gedragen en hoe men zich moet kleden. Net als de rouwjapon volgt de negentiende-eeuwse trouwjapon de gangbare mode, al dienen ze beiden wel eenvoudig en ingetogen te zijn. Het aanvankelijke decolleté van trouwjaponnen wordt halverwege de eeuw hooggesloten. Vanaf 1880 valt een toename van bruidskleding in modetijdschriften op. De opkomst van de confectie-industrie en het grootwinkelbedrijf maken dat een groter publiek zich volgens de laatste mode gaat kleden.
Deze trouwjapon is gedragen door Maria Mechtildis Ludovica Smits (1855-1926). Zij trouwt op 9 september 1880 met Petrus Johannes Coovels (1850-1901), eigenaar van een bontweverij in Helmond. Het model van de jurk - met de lange nauwe mouwen, de kleine pofmouwtjes hier overheen en de bloezende voorkant van het lijfje - sluit niet aan bij de mode van 1880. Hoewel het niet ongebruikelijk was om een bruidsjapon te vermaken en op andere gelegenheden te dragen, lijkt de japon pas rond 1900 vermaakt te zijn. De bij de japon behorende schoentjes zijn overigens wél modieus voor de jaren 1880. ( Annemarie den Dekker)
Amsterdam Museum
Onderzoek naar en fotografie van de 18e- en 19e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds, het Netty van Doorn Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.