In 2012 kreeg kunstenaar Iris Kensmil (1970) dit masker en gedicht als Sinterklaassurprise van haar partner Ferdinand van Dieten. Hij bewerkte een commercieel Zwarte Pieten masker, dat opmerkelijk genoeg blauwe ogen heeft. De rechterhelft voorzag hij van het woord ‘fout’. Hij beschilderde de linkerhelft tot een zogenaamde roetvegen piet en schreef daarboven ‘leuk’.
Ferdinand verwees met zijn masker naar het debat over het uiterlijk van Zwarte Piet. Het gedicht is gericht aan ‘Iris jr.’ oftewel Iris Kensmil, die veel kunstwerken gemaakt heeft over de geschiedenis en emancipatie van de zwarte mens. Het Sinterklaasgedicht refereert aan haar werk, zoals haar reizen naar Afrika en inspiratiebronnen, zoals Du Bois ("W. E. B." Du Bois – Amerikaanse socioloog en mensenrechten-activist) en Granman (een leider van de Marrons – weggevluchte slaven). In de voorlaatste strofe hekelt ‘Pieterbaas’ het inferieur afbeelden van ‘negers’ en de ‘suprematistische zelfbeelden’ en ‘ongeïnteresseerde eigenwaan van de mensen die zich daaraan schuldig maken.
Iris Kensmil vertelde conservator Annemarie de Wildt de dag na Sinterklaas over deze surprise, die zeer actueel was gezien het ‘Zwarte Piet is racisme’ debat dat in 2011 opgelaaid was. De Wildt verzocht Kensmil en Van Dieten of zij het masker en gedicht wilden schenken aan het museum, als een voorbeeld van de manier waarop er ook surprises geïnspireerd door deze kwestie gemaakt werden.