De stedelijke overheid trad vaak op tegen sekswerkers die op straat hun klanten probeerden op te pikken. In 1993 protesteerden bewoners van de De Ruyterkade tegen tippelen op de kade, wat daar al jaren gedoogd gedoogd werd. De Rode Draad, de vakbond van sekswerkers, kwam in actie. Op 5 maart 1993 verzamelden zich om 19.30 uur veertien personen plus een verdwaalde Franse journalist op het kantoor van De Rode Draad. Het plan was om op strategische plekken in Amsterdam, bij de woningen van bestuurders bijvoorbeeld, een tegel te beschilderen met teksten als 'Hier Peest Peggy', 'Op Deze Steen Werkt Heleen' en 'Op Deze Hoek Werkt Anouk'. Dit als protest tegen wat De Rode Draad zag als het opjagen van tippelaars. In een persbericht noemden ze het ‘opjaagbeleid’ van de gemeente ‘onduidelijk en hoervijandig’. Er werden drie teams geformeerd: één voor het stadsdeel Centrum, een ander voor stadsdeel Zuid en een derde voor stadsdeel Oost. Helaas bleken de routes iets te ambitieus te zijn gepland. Een van de adressen viel af omdat de actievoerders twee uur met het openbaar vervoer moesten reizen om er te komen. Het actievoeren viel tegen. Het waaide en regende die avond. Dit had tot gevolg dat de spuitbussenverf wegwaaide. Het beschilderen van de natte tegels lukte ook niet goed. Wel slaagde men erin vlak bij het vrouwenhuis de tekst 'Hier Tippelt Tanja' toe te voegen. De actie was een succes voor zover er ruime aandacht voor was in de pers. ( Annemarie de Wildt)