gehalteteken: 'kies' 3de gehalte
: 'kies' 3de gehalte (18 krt)
meesterteken?: meesterteken H onder hamer in zeshoek
: Verantwoordelijkheidstekens 1999, nr. 64899
schenking 2001
inv.nr. KA 20808 in depot
Twee gouden oorhangers, elk met een bolvormig en een pegelvormig ornament van lichtbruin mensenhaar in holvlechtwerk. De bolletjes aan boven- en onderzijde gevat in een rozet, verbonden met C-vormig sluitmechaniek. De pegels aan onderzijde gevat in omgekeerd kegelvormig ornament met knopje en aan bovenzijde gevat in een kegelvormig montuur met gegranuleerd randje en oog ter bevestiging aan bovenste deel.
Hoewel oudere voorbeelden bekend zijn, kwamen haarsieraden aan het eind van de achttiende eeuw in de mode (Gans 1961, p. 139-141; Bos 1969, p. 304-311). In de negentiende eeuw betrof het veelal haar van een overledene, zoals mogelijk ook bij dit paar oorhangers het geval is. Soortgelijke voorbeelden bevinden zich in verschillende Nederlandse museale collecties (Van Amstel-Bos 1981, p. 38-39 afb. 27, 28). De mode van dergelijke 'souvenirs tristes' was uit Engeland afkomstig. De rage sloeg aan. Al snel gingen dames zelf sieraden van haarwerk maken. Het damesblad Penélopé wijdde in 1822 een speciaal nummer aan deze vorm van huisvlijt. Geliefd waren - nasst holvlechtwerk - figuratieve voorstellingen op een vlakke ondergrond.
De voorbeelden varieerden van toepasselijke voorstellingen van grafmonumenten, treurwilgen en dergelijke tot monogrammen met de initialen van een gestorvene. Het Amsterdams Historisch Museum bezit een gouden medaillon met een haarlok en de initialen van Sandrina Louisa Holthuysen-Lepeltak (1793-1856), de moeder van mevrouw S.L.G. Willet-Holthuysen (1824-1895), de stichtster van het gelijknamige museum (Vreeken 2002, p. 20 afb. 3, 4). ( Bert Vreeken)