Tentoonstellingstekst
De Amsterdamse schutterij bestelde rond 1570 tientallen van deze zogenaamde Pisaanse corseletten of halfharnassen. Het waren geen veld- of oorlogsharnassen, maar zeer licht uitgevoerde sierpantsers. Was je een rijke schutter, dan was het in de zestiende eeuw de bedoeling dat je een complete wapenuitrusting aanschafte. De minder vermogende schutter hoefde uitsluitend een toonbaar harnas te bekostigen en de armste schutter droeg alleen een wapen.
De schutterij zorgde voor orde en veiligheid binnen de stadsmuren. In tijden van nood konden de schutters ook ingezet worden bij militaire taken buiten de eigen stad. Echter, de jaarlijkse wapenschouw was het belangrijkste openbare optreden van de schutterij. De rijkste schutters vertoonden zich dan in extravagante kleding, zoals ook op menig schutterstuk te zien is. ( Jacqueline Grandjean)
Op veel schuttersstukken zien we dit soort borststukken, ook wel Pisaanse corseletten of halfharnassen genaamd, verschijnen. Tientallen van deze corseletten werden rond 1570 besteld door de Amsterdamse schutterij. De halfharnassen hadden geen militaire functie maar waren zeer licht uitgevoerde sierpantsers die alleen door de rijkste schutters konden worden aangeschaft. De schutterij moest namelijk alleen de orde en veiligheid binnen de eigen stadsmuren bewaren. Voor schutters was de jaarlijkse wapenschouw het belangrijkste evenement: tijdens dit openbare optreden vertoonden de rijkste schutters – net als op de schuttersstukken – zich in hun extravagante kleding en bevestigden ze hun status. ( Quirine van Aerts)
Dit rugstuk wordt ook wel een Pisaans corselet of halfharnas genoemd, hier versierd met dierenkoppen, putto, amor, een krijgsman en Hercules. Tientallen van deze corseletten werden rond 1570 besteld door de Amsterdamse schutterij. Deze hadden geen militaire functie maar waren zeer licht uitgevoerde sierpantsers. Wanneer een burger lid wilde worden van de schutterij, moest hij een eigen complete wapenuitrusting aanschaffen. Hier zat echter een hiërarchie in: alleen de meest rijke leden konden een borststuk aanschaffen en extravagante kleding. De minder vermogende schutter hoefde enkel een toonbaar harnas te verkrijgen en de armste schutter een wapen. Ook op schuttersstukken, zoals te zien is in de schuttersgalerij, worden de meest rijke schutters in hun uitbundigheid uitgebeeld. Zoals aangegeven, hadden de schutters geen oorlogsfunctie, maar zij zorgden wel voor de orde en veiligheid binnen de eigen stadsmuren. Enkel in allerhoogste nood traden zij buiten de stadsmuren. Voor de schutters zelf was de jaarlijkse wapenschouw het belangrijkste: tijdens dit openbare optrede vertoonden de rijkste schutters zich, net als op de schuttersstukken, zich in hun extravagante kleding en bevestigen ze hun belangrijke status.
In de jaren zeventig van de zestiende eeuw bestelde de Amsterdamse schutterij vele harnassen in Noord-Italië. Dit exemplaar is waarschijnlijk vervaardigd in Brescia en bestaat uit zeven verschillende onderdelen om alle delen van het lichaam te beschermen. De harnassen werden gedragen door de infanterie van de schutterij: militairen te voet. Zij moesten de stadsmuren en –poorten beschermen en orde handhaven in Amsterdam. Tijdens de jaarlijkse kermis in september toonden de schutters zich in volle, glanzende wapenrusting aan de stad. Naarmate de kracht van vuurwapens sterker werd, werd het harnas geleidelijk aan meer een statussymbool dan bescherming. ( Sarah Remmerts de Vries)