De glasverzameling van Abraham Willet genoot al tijdens zijn leven bekendheid. Deze grote roemer, die in 1652 door een slechts met zijn initialen CM bekende graveur is versierd, werd in 1883 in het tijdschrift Oud-Holland gepubliceerd. Rondom de kelk heeft de kunstenaar een landschap afgebeeld met voorstellingen van de Vlucht naar Egypte en de Geboorte van Christus, beide naar voorbeeldprenten. CM gebruikte hiervoor de diamantgravure techniek, waarbij hij met een harde diamantstift de tekeningen heel fijn in het glas kraste. ( Bert Vreeken)
Rondom de kelk een landschap met de Vlucht naar Egypte en de Geboorte van Christus. Binnen de twee omlijstingen de opschriften: Inden mens goede/ wille/ en: Lof sij godt inden hemel/ vrede op arden/. Gesigneerd op kelk: CfM 1652/.
Roemers waarvan de stam (of schacht) is bezet met gladde noppen komen veelvuldig voor op zeventiende-eeuwse schilderijen, maar zijn thans zeldzaam. ( Annemarie den Dekker)
Catalogue glass collection AHM 1998
De initialen van de glasgraveur zijn te lezen als: Cf[ecit]M. Andere interpretaties zijn: CJM, CFM en fcM [fecit M] (Ritseman van Eck 1995, p. 470). Er zijn dertien door Meester CM gesigneerde glazen bekend, waarvan twee in de verzameling Willet-Holthuysen (Smit 1994, p. 92). De voorbeeldprenten voor de glasgravures bevinden zich in het Rijksprentenkabinet, Amsterdam. De afbeelding van de Vlucht naar Egypte en de afbeelding van de geboorte van Christus zijn gebaseerd op twee gravures door Hieronymus Wierix (1553?-1619) (Rijksprentenkabinet Amsterdam, inv. nr RP-P-1898-A-19891, RP-P-1898-A-19892). Soortgelijke cartouches komen voor op een door CM gesigneerd glas in het Rijksmuseum te Amsterdam (Ritsema van Eck 1995, p. 52 nr 25 afb.). Roemers waarvan de schacht is bezet met gladde noppen komen veelvuldig voor op zeventiende-eeuwse schilderijen, maar zijn thans zeldzaam (Theuerkauff-Liederwald 1968, p. 143). Zie voor een ander door CM gesigneerd glas in de verzameling: KA 5198. Voorts bevinden zich drie glazen in het Rijksmuseum, Amsterdam (Ritsema van Eck 1995, p. 51 nr 24, p. 50 afb. 24; p. 52 nr 25, p. 53 afb. 25; p. 54 nr 26, p. 55 afb. 26), twee in het Haags Gemeentemuseum (Catalogus 1962, p. 63 nrs 103, 104, p. (62) afb. 103, 104), één in het Koninklijk Huisarchief te 's-Gravenhage (Ritsema van Eck 1981, pp. 165-166, p. 166 afb. 9) en twee in de voormalige collectie A.J. Guépin te Eindhoven (Veiling Christie's 1989, p. 30 nr 38, p. 31 afb. 38; p. 32 nr 39, p. 33 afb. 39). ( Bert Vreeken)