Exhibition text
De toren van de Nieuwe Kerk is nooit afgebouwd, maar de eerste steen is wel gelegd. Ter gelegenheid van de eerste steenlegging werd deze roemer vervaardigd. Het heiplan van de toren is er op gegraveerd. Dit heiwerk werd in 1647 voltooid. Naast de Nieuwe Kerk, aan de kant van het huidige Paleis op de Dam, moeten dus nog 6363 palen onder de grond zitten. Helaas hadden de140 heiers een jaar voor niets geheid. ( Olga Ruitenbeek)
Op de kelk het opschrift: Den jongen heer Cornelis Backer: soon van den ouden heer Willem Backer, burger-meester en presedent van Amsterdam heeft den eersten steen aen Toorn van Nieuwe Kerk geleyt den 6/26/1647/. Op andere zijde het opschrift: 74 voeten 't flothout vande nieuwe kerck/. Hieronder het heiplan van de toren, onderverdeeld in 63 genummerde vakken met vermelding van de benodigde aantallen masten, stoppen en oude palen. In het midden het opschrift: 19 Voet in vier/ kant/ masten 4593/ Stopend 1715/ Oude palen 55/ Samen 6363./.
De roemer herdenkt de eerste steenlegging voor de toren van de Nieuwe Kerk te Amsterdam op 26 juni 1647. De diamantgravure van het heiplan is gebaseerd op een anonieme prent en toont een roosterfundering. ( Annemarie den Dekker)
Op de kelk is in diamantgravering het heiplan voor de nooit voltooide toren van de Nieuwe Kerk aangebracht. ( Bert Vreeken)
Catalogue glass collection AHM 1998
De roemer herdenkt de eerste steenlegging voor de toren van de Nieuwe Kerk te Amsterdam op 26 juni 1647. De diamantgravure van het heiplan is gebaseerd op een anonieme prent en toont een roosterfundering van 74 x 69 voeten. Boven het plan staat het opschrift: 'T SLOTTHOUT VAN DE NIEUWE KERCKS TOORN./ (Gemeentearchief Amsterdam, Atlas Splitgerber, catalogus 1874, nr 115). De stijl van de calligrafie vertoont sterke overeenkomst met die van KA 13952. Na de brand van de Nieuwe Kerk in 1645 besloot men tot wederopbouw van de kerk, evenals tot de bouw van een toren. Burgemeester Willem Backer (1595-1652) was de grote man achter deze plannen (Elias 1903-1905, pp. 364-365 nr 117). Zijn zoon Cornelis (1633-1681) legde de eerste steen. Mede door de hoge kosten van het nieuwe stadhuis op de dam (ingewijd 1655, zie KA 19952) van Jacob van Campen (1595-1657) en het kerende politieke tij werd de toren nooit voltooid. In 1783 brak men het onderstuk weer af.
Exhibition text
In deze kelk is in diamantgravering het heiplan voor de nooit voltooide toren van de Nieuwe Kerk aangebracht. Gelijktijdig met de bouw van het nieuwe stadhuis op de Dam was er een ambitieus project gestart om de Nieuwe Kerk van een hoge toren te voorzien, hoger dan de Utrechtse Domtoren. Het bleek echter onmogelijk om twee grote bouwprojecten tegelijk te financieren. Bovendien kon men het niet eens worden over de vraag welke hoger zou moeten worden, de koepel van het nieuwe stadhuis of de toren van de kerk. Er is wel begonnen met de bouw van de toren, maar al snel werden de werkzaamheden gestaakt.