opschrift voorzijde, op de mantel: I.H.G.F.
omschrift voorzijde: IK HEB EEN EEUW VOLBRACHT EN WAGT DE ZALIGHEID.
opschrift keerzijde, onder het slangerond: MDCCXC
opschrift keerzijde, op het doek: Cornelia Bierens / gebooren 29 Dec. MDCXC. / Dogter van / Anthony Bierens / en / Kunira van Hoogmaade.
aankoop 1889-09-02
inv.nr. PA 627 in depot
Voorzijde: borstbeeld van Cornelia Bierens naar rechts gewend met muts op het hoofd en hermelijnen surtout om de schouders. Op haar kleed de initialen van de stempelmaker.
Keerzijde: bovenaan een slangerond in hemellicht met daarbinnen de letter 'C' (Romeins cijfer 100). Het slangerond wordt omgeven door een palm- en lauwertak. Links op een console een brandende olielamp en rechts een gevleugelde zandloper, zinnebeelden van leven en tijd. Aan olielamp en zandloper hangen slingers van loofwerk en vruchten. Daaronder afhangend doek met opschrift.
Origin
Veiling G.Th. Bom, 2 september 1889, nr. 215 voor fl 0.70.
Zoals op de keerzijde is te lezen werd deze penning gemaakt ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van Cornelia Bierens (1690-1792) op 29 december 1790: ‘ik heb een eeuw volbracht en wagt de zaligheid’. Cornelia behoorde tot een rijke doopsgezinde Amsterdamse familie. Op de voorzijde is zij ‘en profil’ afgebeeld. Ze draagt een hermelijnen surtout en een kleed met daarop de initialen van de stempelmaker J.G.H.(oltzhey) F.(ecit). Op de keerzijde is een altaar afgebeeld met links een brandend olielampje en rechts een gevleugelde zandloper, beide vanitassymbolen, zinnebeelden voor leven en dood. Boven de tekst op het altaar het jaartal MDCCXC en in een cartouche C zijnde 100 jaar.
In de collectie van het Amsterdam Museum bevindt zich ook een zilveren exemplaar van deze penning. Hier afgebeeld is een iets kleiner exemplaar in karton. Waarschijnlijk is dit een proefslag geweest, maar het zou ook kunnen zijn dat deze kartonnen exemplaren als een soort bidprentje werden uitgedeeld.
( Frans Weijer)