opschrift op voetstuk: REGINA FRISONIS CONIUX / COLUMENQUE BATAVUM / QUAE LIBERTATIS / PATRIAE SPEM / PROTULIT / ANNO.
titel op band langs lijst: ANNA KROONPRINSES VAN GROOT BRITTANJE DOUAIRE VAN WILLEM IV PRINS VAN ORANJE, GOUVERNANTE DER VERENIGDE NEDERLANDEN ENZ. ENZ.
signatuur onderaan op banderole: J.Stagman Amst, Inv & Fecit
legaat 1890-12-03
inv.nr. KA 3832 in depot
Gouden portretbuste en profil van prinses Anna van Hannover. Op zilveren voetstuk, samengesteld uit leeuwen, bladranken en C-voluten. De prinses is voorgesteld met koningskroon, blauwe sjerp met diamant op schouder en een thans ontbrekend borstsieraad. Zij wordt geflankeerd door trofeeën van teken- en schilderkunst en muziek, palmtakken en tak met oranjeappeltjes in groen en oranje email. Op cartouche voetstuk is gegraveerd: REGIA FRISONIS CONJUX,/ COLUMENQUE BATAVUM,/ QUAE, LIBERTATIS,/ PATRIAE SPEM/ PROTULIT,/ ANNO./. Langs rand medaillon: ANNA KROON-PRINCES VAN GROOT BRITANJE DOUARIERE VAN WILLEM DE IV PRINS VAN ORANJE GOUVERNANTE DER VERENIGDE NEDERLANDEN ENZ ENZ./. Portretminiatuur is gemonteerd op ovale achtergrond van zwart fluweel in geprofileerde lijst van zwart gekleurd loofhout achter glas met geslepen rand.
Deze beeltenissen van het prinselijk paar zijn waarschijnlijk hofgeschenken, overhandigd aan personen die bij belangrijke gebeurtenissen betrokken waren. Beide portretminiaturen kunnen korte tijd na elkaar zijn ontstaan. De inscriptie op het portret van Anna herinnert aan haar weduweschap.
Soortgelijke portretten bevinden zich in het Rijksmuseum te Amsterdam, Paleis Het Loo Nationaal Museum in Apeldoorn (het meest verwant met het paar in het Amsterdams Historisch Museum) en Huis Amerongen te Amerongen (Erkelens 1977, resp. p. 31 afb. boven, p. 30 afb., p. 32 afb.). De huidige verblijfplaats van een vierde, in 1901 gesignaleerd portrettenpaar is niet bekend (Erkelens 1977, p. 29 noot 4).
Prins Willem IV (1711-1751) werd in 1747 na een periode van politieke onrust - gericht tegen de eliteregeringen in de steden - uitgeroepen tot stadhouder van alle gewesten van de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën. Hervormingsgezinde burgers wilden al langere tijd zelf invloed krijgen op het stadsbestuur, waarbij zij Willem IV als bondgenoot zagen. Hij was immers degene die de 'wet kon verzetten', het stadsbestuur kon veranderen. In Amsterdam gebeurde dat in 1748, maar het resultaat stelde menigeen teleur. De burgers kregen geen regeringsinvloed. Na het overlijden van Willem IV was zijn weduwe prinses Anna (1709-1759) gouvernante van de minderjarige prins Willem V (1748-1806). ( Bert Vreeken)