Cirkeljas van rode wol. De vorm is gebaseerd op twee platte, op elkaar gelegen cirkelvormen van een dubbele laag wollen stof, die middenachter (volgens de vorm van de ruggengraat) aan elkaar zijn gestikt. In de bovenste cirkelhelften zijn armsgaten uitgesneden. Hierbij horen twee losse mouwen. De jas is gesneden uit een vierkant, waarbij drie restvormen aanelkaar gestikt zijn tot mouwen. Niet zichtbare sluiting middenvoor met een rode kunststof rits met metalen lopertje (34 cm).
Twee rechte mouwen, gemaakt van dubbele rode wollen stof. Langs de platte schuine naden en onderaan de mouwen is een rood sierstiksel met dubbele draad aangebracht.
Frans Molenaar (1940-2015) wordt wel de 'architect onder de ontwerpers' genoemd. Na de Amsterdamse kleermakersschool vertrok hij op 18-jarige leeftijd naar Parijs, waar hij ervaring opdeed bij Charles Montaigne, Guy Laroche en Nina Ricci. Tijdens zijn Parijse verblijf brak in 1964 André Courrèges door met kleding die vanuit een architectonisch concept was ontworpen. Molenaar was meteen enthousiast. Na zijn terugkeer naar Amsterdam in 1967 opende hij een couturehuis in de Van Baerlestraat, met een couturesalon en een boetiek. Molenaar staat bekend om de strakke, architectonische belijning van zijn ontwerpen, de heldere kleuren en de asymmetrische vormgeving. In 1978 begon Molenaar een gesloten couturehuis aan de Oranje Nassaulaan. De verkoop van zijn daar ontwikkelde collecties vond tot 2013 plaats in een winkel in de Jan Luykenstraat. Naast couture ontwierp Molenaar ook herenconfectie, bedrijfskleding, brillen, vazen en fietsen. ( Annemarie den Dekker)
Amsterdam Museum
Onderzoek naar en fotografie van de 20e en 21e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.