Korset van crèmekleurig katoen. Volledig met de hand genaaid. Met 25 tunnels verstevigd met baleinen, gezien de roestvlekken zijn er vijf van metaal (inclusief de busk). De baleinen worden aan de boven- en onderzijde gefixeerd door grote steken van borduurgaren (vliegjes?). Middenvoor gesloten met rechte langwerpige busk die aan de onderzijde naar binnen buigt. Onderaan een korsethaak van messingkleurige metaal met ruit- en bloemmotief. Vier borstgeren en acht heupgeren geven model aan het korset. Middenachter een rijgvetersluiting, bestaande uit 36 messingkleurig metalen ogen (de veter ontbreekt). Op tailleniveau zitten de vetergaten dichter bij elkaar. Aan de binnenzijde op tailleniveau twee katoenen striklinten. Het korset werd van boven naar onderen spiraalvormig ingeregen. Op de achterpanden, aan de binnenzijde is de taille verstevigd met katoenen tailleband. De boven- en onderrand zijn afgebiesd.
Aan de binnenzijde van de busk is er een stempel aangebracht: Mon. LÉOTY Brevetée S.G.du.G PARIS Boul.d. des Italiens, 27
Jean Léoty – een korsetmaker uit Parijs – was de grondlegger van Maison Léoty aan de Boulevard des Italiens, nummer 27. Dit bedrijf vervaardigde gedurende de tweede helft van de negentiende eeuw modieuze korsetten. In 1850 kreeg Jean een patent voor de uitvinding van zijn vetersluiting. Dit feit vermeldde hij trots op het stempel aan de binnenzijde van het korset: Mon Léoty, Brevetée S.G.D.G., Paris.
Het model van dit korset is typerend voor de jaren vijftig. Het korset krijgt zijn model door de verschillende patroondelen en de ingezette borst- en heupgeren. Het model is zo gemaakt dat het de borsten omhoog duwt en de lengte van het bovenlichaam benadrukt. De voorzijde is gesloten en verstevigd met een brede balein, busk genaamd. Op de brede busk is een grote haak bevestigd, de korsethaak. De vrouw bevestigde de taillebanden en de striklinten van haar onderrokken onder deze haak. Hierdoor bleef haar ingesnoerde taille zo slank mogelijk. ( Judith van Amelsvoort)
Amsterdam Museum
Het onderzoek naar en fotografie van de collectie kinderkleding / miniatuurkleding / onderkleding is mede mogelijk gemaakt door het Prins Bernhard Cultuurfonds, het Marten Orgen Fonds, het Margarethe Petronella Fonds en het Netty van Doorn Fonds.