Beekhuyzen Sugar Plantation, Looking towards Paramaribo, 1803
onbekend
hoogte: 77 cm; breedte: 94 cm; diepte: 6.5 cm;
bruikleen 2013-04
inv.nr. 819
in depot
Keywords
schilderij, West-Indische Compagnie
schilderijencollectie
Also see
- 685.1/3 / Pruik van Egbert de Vrij Temminck, burgemeester van Amsterdam, in vitrine
- A 29839 / Algemeene kaart van de colonie of provintie van Suriname
Exhibition text
Op de plantage Beekhuyzen werden slaven ingezet om suikerriet te oogsten en te verwerken. Zij lag iets ten zuiden van Paramaribo en dankte haar naam aan de oprichter, Benjamin Beeke (1752-1809).
Deze impressie van de plantage is een van de zeldzame weergaven van Suriname die ter plaatse zijn gemaakt. Op het schilderij lijkt Paramaribo aan de overkant van het water te liggen. In werkelijkheid bevinden Beekhuyzen en Paramaribo zich aan dezelfde oever van de Surinamerivier. In 1803 was de plantage in het bezit van Jacob Stöckel (1745/’46-1804), die een jaar later overleed. Via zijn erfgenamen belandde het schilderij in Amsterdam.
Tegenwoordig is Beekhuyzen een van de stadsdistricten van Paramaribo en herinnert er weinig meer aan het slavernijverleden op de plantage. ( Annemarie de Wildt)
Amsterdam Museum, bruikleen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed