Mandje, 1803
Nathanaël Teuter (1766 - 1831) (goud- en zilversmid)
Amsterdam
zilver
hoogte: 8.5 cm; hoogte met hengsel: 15.3 cm; breedte: 17.6 cm; diepte: 11 cm; gewicht: 164.8 gr;
toetssteek onderzijde bodem (2x)
stadskeur onderzijde bodem: Amsterdam
: stadswapen
gehalteteken onderzijde bodem: Hollandse leeuw
jaarletter onderzijde bodem: U: jaarletter U
: U = 1803
meesterteken onderzijde bodem: N.T in rechthoek: Nathanael Teuter
: werkzaam 1796 tot 1831
: bron: Voet 1912, nr 664; Citroen 1975, nr 709
belastingteken hengsel/onderzijde bodem: I: belastingteken met letter I
: I staat voor periode 1906-1953
gehalteteken hengsel/onderzijde bodem: ZII: gehaltemerk ZII
: ZII gebruikt sedert 1953
aankoop 1973-08-21
inv.nr. KA 15143
in depot
Puntig ovaal mandje met vlakke bodem en scharnierend hengsel. Opengewerkte voet met bloem- en bladranken. Filetranden op overgang voet en wand. Uitstaande wand, de bovenzijde opengewerkt met bloem- en bladranken. Rand opgelegd met parellijst. Puntig ovaal gebogen hengsel met filetrand.
Herkomst
Kunsthandel A.C. Beeling, Leeuwarden, 1973
Trefwoorden
mand, suikermand, Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, Jacobus Carrenhof, Hermanus Lintveld
edele metalencollectie
Catalogus zilver AHM 2003
Dergelijke spits ovale hengselmandjes werden voor het presenteren van suiker gebruikt. Ze kwamen omstreeks 1800 in de mode. Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam bezit twee verwante Amsterdamse mandjes, in 1807 en 1810 vervaardigd door respectievelijk Jacobus Carrenhoff en Harmanus Lintveldt (Ter Molen 1994, p. 288-289 nr. 135, p. 293 nr. 138). ( Bert Vreeken)
Amsterdam Museum