In de zeventiende en achttiende eeuw kwamen koperen kaarsenkronen alleen in kerken en bij beter gesitueerde families voor. De gladde bol en de stam dienden om het licht te reflecteren. Zo maakten onze voorouders gebruik van een optimale lichtopbrengst. Grote kronen van zilver zijn betrekkelijk zeldzaam. De zilveren miniatuur kroon van Van Geffen heeft één rij van zes kaarsenhouders. Er bestaan ook miniatuur kaarsenkronen met een dubbele rij kaarsenhouders.