In een slotzaal is een groot gezelschap verzameld. Links, onder een geel baldakijn met familiewapens, enkele zetels, waarvan er drie zijn bezet. In het centrum een vorstelijk figuur en een aantal geestelijken, van wie er één op de knieën liggend een boekwerk aanbiedt, de z.g. rijmkroniek.*
* Floris V heeft de opdracht gegeven voor de rijmkroniek, ca. 1266-1272, de eerste versie is waarschijnlijk voltooid in ca. 1278-1282. Een tweede versie loopt tot 1305 en is dus onder graaf Willem III gereed gekomen. In de uiteindelijke versie worden twee vorsten als mecenas toegesproken: Floris V in het begin en graag Willem III aan het einde.
