signatuur/datering op de tafel: Jan Victoors fc. 1654
legaat 1854-03-15
inv.nr. SA 8342 in depot
Een tandmeester die voor een boerenwoning een jonge boer een kies trekt. Er zijn enige toeschouwers.
Herkomst
Veiling John Crichton-Stuart (1793-1848), 2nd Marquess of Bute, Londen (Christie’s), 8 juni 1822, nr. 75, met pendant verkocht aan kunsthandelaar John Smith; van hem, samen met pendant, gekocht door Adriaan van der Hoop, 1833; legaat aan de Stad Amsterdam, 1854; Museum Van der Hoop, 1854-1885; bruikleen aan Rijksmuseum, 1885-1973
Behalve historische voorstellingen en portretten schilderde Jan Victors vele kleinfigurige dorpstaferelen. Hierin zijn doorgaans ambachtslieden in de weer met de dorpelingen. De wijze van uitbeelden van hun handel en wandel wijst op een moralistische strekking van de voorstellingen. Regelmatig terugkerende thema’s daarbij zijn vergankelijkheid en lijden, kwakzalverij en bedrog. Victors stopte in 1673 met schilderen en monsterde aan als ‘ziekentrooster’ bij de Verenigde Oostindische Compagnie.
Waarschijnlijk zijn De tandmeester en De varkensslachter door Adriaan van der Hoop opgevat als amusante weergaven van het leven van alledag. ‘Twee Voorstellingen van Victor, herwaarts gezonden door John Smith te London – 2600’ (gulden), schreef hij in 1833 bij de aankoop. De beide werken zijn sindsdien lange tijd als tegenhangers beschouwd, hoewel de dragers en de formaten verschillen, evenals de tijd van ontstaan. ( Norbert Middelkoop)
De verzameling van Adriaan van der Hoop bevatte verschillende genrestukken, zoals dit schilderij van Jan Victors. De tandmeester was een geliefd onderwerp bij 17de-eeuwse schilders. Samen met een tweede schilderij van Victors, kocht Adriaan van der Hoop dit werk in 1833 bij kunsthandel John Smith in Londen.
Tentoonstellingstekst
De tandmeester was een geliefd onderwerp voor 17de-eeuwse schilders. Deze rondreizende ´tandartsen´ waren meestel kwakzalvers en werden derhalve met veel spot afgebeeld. Wat opvalt is de oriëntaalse kleding van de tandmeester.
Jan Victors was een Amsterdamse genre- en portretschilder. Omstreeks 1640 werkte hij als leerling in het atelier van Rembrandt. Victors vertrok in 1676 naar Oost-Indië als ziekentrooster, waarna niets meer van hem werd vernomen.
Tentoonstellingstekst
Behalve historische voorstellingen en portretten schilderde Jan Victors vele kleinfigurige doprstaferelen. Hierin zijn doorgaans ambachtslieden in de weer mer de dorpelingen. De wijze van uitbeelden van hun handel en wandel wijst op een moralistische strekking van de voorstellingen. Waarschijnlijk zijn De tandmeester en De varkensslachter door Van der Hoop opgevat als amusante weergaven van het leven van alledag. 'Twee Voorstellingen van Victor, herwaarts gezonden door John Smith te London - 2600' (gulden), schreef hij in 1833 bij de aankoop.