opschrift links onderaan: De ingang van de Villa Mecenata te Tivoli CApostool Aug : 1823
stempel links onderaan: MF (Museum Fodor)
opschrift links onderaan: 347: doorgestreept
Cornelis Apostool (1762-1844) was werkzaam als tekenaar, graveur en kunstschilder. Hij was bestuurslid van de Koninklijke Academies voor de kunsten in zowel Antwerpen als Amsterdam, en de eerste directeur van het Rijksmuseum te Amsterdam. Apostool werkte het grootste deel van zijn leven in Amsterdam, maar maakte reizen naar Groot-Brittannië, Frankrijk en Italië. Ook bekleedde hij functies in de Nederlandse overheid; zo werd hij benoemd tot representatief figuur om in Oost-Indië de belangen van de Hollanders te behartigen. De Hollandse schepen voeren ter misleiding via New York, maar terwijl Apostool daar was werd Lodewijk Napoleon koning, waarmee zijn functie in Batavia verviel. Hierdoor moest Apostool terugkeren naar zijn vaderland, waardoor hij Azië nooit heeft bereikt. Apostool schilderde en tekende voornamelijk Italianiserende landschappen en stadsgezichten.
Cornelis Apostool was een groot liefhebber van de Italiaanse kunst en cultuur. In 1810 beschreef hij de verschillen tussen kunst in Italië en in de Nederlanden: hij beaamde het reeds bekende idee dat de Nederlandse kunst volledig gebaseerd was op “aandrift,” waar de Italiaanse meesters werkten in een voortzetting van de kunst van de Oudheid. Hierdoor, vond hij, was de Italiaanse kunst superieur aan de Nederlandse.
Deze ideeën over Italiaanse kunst deed Apostool vermoedelijk op op zijn eigen reizen. Tweemaal verliet hij zijn vaderland voor Italië: de eerste keer was in 1807, kort nadat hij terugkwam uit New York. Hij werd benoemd tot secretaris van de Legatie in Napels, maar reeds een jaar hierna keerde hij terug naar Amsterdam, waar hij de eerste directeur van het Rijksmuseum werd. Hier was hij overigens niet blij mee, aangezien hij geloofde dat hem zijn positie in het prettige Napels niet gegund werd; hij protesteerde dan ook tegen zijn nieuwe functie.
Apostools tweede reis naar Italië vond plaats in 1823, het jaar waarin ook deze tekening is gedateerd. Op deze waterverftekening is de ingang van de Villa Mecenata te zien, een goeddeels geruïneerd gebouw dat voor veel kunstenaars deel uitmaakte van de grand tour. De Villa Mecenata, ook wel de Villa van Maecenas, werd in 1874 ontdekt door arbeiders. Het gebouw fungeerde vermoedelijk oorspronkelijk als heiligdom en ontmoetingsplaats. Kunstenaars op reis door Italië maakten dankbaar gebruik van de begroeide ruïne, wat te zien is aan de vele schilderijen, prenten en tekeningen die van de Villa werden gemaakt. Het gebouw paste perfect bij het Italiaanse, classicistische schoonheidsideaal uit de late achttiende- en vroege negentiende eeuw. De Villa is te vinden op werken van Nederlandse contemporaine kunstenaars als Hendrik Voogd (1768-1839), maar ook op die van Fransen, waaronder Claude-Joseph Vernet (1714-1789).
Apostool maakte meerdere werken in de omgeving van Tivoli, waaronder de tekening in het Amsterdam Museum. De Villa is ook door Apostool weergegeven op een schilderij van de watervallen van Tivoli, in de collectie van het Rijksmuseum (inv. nr. SK-A-1681). Op de tekening in het Amsterdam Museum is kennelijk de ingang van de Villa Mecenata te zien. Dit gezicht op de ingang, een lage houten deur met daarachter een open tongewelf, is echter niet terug te vinden op werken door andere kunstenaars, die bijna zonder uitzondering het interieur van de Villa als onderwerp kozen, ofwel de ligging van de Villa in het omringende landschap. De ingang zal er echter wel degelijk zo hebben uitgezien: het werk in het Rijksmuseum lijkt te bewijzen dat Apostool wel degelijk langs de Villa Mecenata is gereisd. Ook lijken de lage deur en het open gewelf van binnenuit zichtbaar op een ets door Italiaans kunstenaar Luigi Rossini (1790-1857), uit 1826.
( Nina Reid)