Los bovenstuk van zwarte japon. Breed heupstuk van twee lagen taftzijde. Het lijfje bestaat uit twee in vorm geknipte driehoeken van geplisseerde kunststof, gezet op een laag zijden organza, waaronder de basis in de taille is vastgezet aan het heupstuk beginnende midden-voor. Schouderbanden, van ca. vier cm., gezet aan het licht ingeplooide bovenstuk van de driehoek en eindigend midden-achter ter weerszijden van de rits in het heupstuk, vormen het bovenstuk. N.B. Het heupstuk is bedoeld als steun voor het bovenstuk en wordt onder de rok gedragen.
Max Heymans (1918-1997) was een van de belangrijkste Nederlandse couturiers. Hij werkte vanaf de jaren dertig van de twintigste eeuw in Amsterdam, als hoedenmaker voor onder meer Maison de Bonneterie en etaleur voor modemagazijn Hirsch & Cie. In de jaren vijftig en zestig werd Heymans in het hele land bekend met zijn flamboyante kledingcreaties in de stijl van zijn Franse voorbeeld Coco Chanel. Heymans bleef maar liefst vijftig jaar lang actief als couturier en showde in deze tijd ruim 8000 verschillende creaties. Zijn werk was altijd geïnspireerd op de nieuwste Parijse mode en is wel eens omschreven als 'très Paris' en 'doodchic'. ( Sarah Remmerts de Vries)
Amsterdam Museum
Onderzoek naar en fotografie van de 20e en 21e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.