Overlijden van Jan Nieuwenhuijzen, stichter der maatschappij tot nut van 't algemeen, 1806
inv.nr. PB 340 in depot
voorzijde: een omschrift waarbinnen een graftombe in een cypressenbos. Op het frontspies van het dekstuk staat een hoorn des overvloeds afgebeeld, een kruis, een brandend hart en een palmtak. Op de voorzijde van de graftombe staan twee pilasters waartussen een immortellekrans (grafkrans) staat afgebeeld tussen twee fakkels, links een omgekeerde, gedoofde fakkel en rechts een brandende fakkel. Aan de voet van de tombe liggen 'vergeetmijnietjes'. In de afsnede een opschrift en een signatuur.
keerzijde: een omschrift waarbinnen een Ouroboros (slangenrond, symbool der eeuwigheid) doorvlochten met links een lauwertak en rechts een palmtak, omgeven door zonnestralen en wolken. In het midden een vlinder (kapel), het zinnebeeld der Maatschappij.
Keywords
36664
Amsterdam Museum, bruikleen Stichting Genootschap Amsterdam Museum