opschrift in hoeken van het middenkader, boven, links en rechts: CJD / CD: CJD: Cornelis Donker, vader van borduurster
CD: Catharina Dixon, moeder van borduurster
opschrift onderzijde binnen het middenkader: AN / 1868 / NO: jaar voltooiing doek
opschrift onder het middenkader: HxDONKER: naam van borduurster
opschrift buitenhoeken van middenkader, kloksgewijs: MH / MJ / MG / MW, kloksgewijs: MH: Moeder Hofman
MJ: Moeder Jöhr
MG: Moeder Gildemeester
MW: Moeder Waller
Namen van de vier regentessen
opschrift bovenzijde, links en rechts boven middenstop: HW / MV: onbelkend
opschrift eerste rij, linker stop, positie 1, 3 en 4, kloksgewijs: CD / ML / CCO: onbekend
CD: mogelijk Cornelis Donker, broer van borduurster
opschrift eerste rij, middenstop, postie 2 en 4, kloksgewijs: AK / AMR: onbekend
opschrift eerst rij, rechterstop, positie 2, 3 en 4, kloksgewijs: JS / JCS / JO: onbekend
opschrift tweede rij, rondom stop links, kloksgewijs: MMD / WBR/ JCS / CS: onbekend
opschrift tweede rij, rondom stop rechts, kloksgewijs: MD / DGO / AS / DGR: onbekend
MD: mogelijk Maria Donker, zus van borduurster
opschrift derde rij, linkerstop, links boven: ED
opschrift derde rij, middenstop, links en rechts onder: EM / JS
opschrift derde rij, rechterstop, rechts boven: HD: mogelijk inititalen van borduurster
inv.nr. KB 1679 in depot
Vervaardigd in het Weeshuis van de Nederduitsch Hervormde Diaconie, Amsterdam
Trefwoorden
235174
Hendrika Jacoba Donker wordt op 25 november 1851 in Amsterdam geboren als kind van Cornelis Donker (1808-1861) en Catharina Dixon (1817-1855). Dit huwelijk, dat vond plaats op 22 juni 1842. Het is haar vaders eerste huwelijk. Hij is een kind van Christiaan Donker (1783-1811) en Wilhelmina van Meenen (1788-1861), de grootouders van Hendrika. Vijf jaar nadat zijn vader overleden is, hertrouwt zijn moeder, Wilhelmina, met Joannes Hendricus Huijser (1768-1833). Na het overlijden van Hendrika’s moeder in 1855, vindt Cornelis zijn tweede echtgenote in de familie van zijn stiefmoeder. Hij trouwt datzelfde jaar nog met Adriana Huijser (1830-1907). Uit het eerste huwelijk van haar vader heeft Hendrika nog een broer en een zus, uit het tweede huwelijk wordt een jongen geboren, de stiefbroer van Hendrika. Mogelijk door toedoen van de tweede echtgenote komt Hendrika in het Weeshuis der Nederduitsch Hervormde Diaconie terecht. Daar leert ze handwerken. In haar latere leven voorziet ze als dienstbode in haar levensonderhoud, totdat ze in het huwelijk treedt met Wouter Boekschoten (1855-1908), een timmerman en politieagent uit ’s-Gravenland. Ze trouwen op 5 juni 1880 en krijgen drie jongens en drie meisjes. Op 13 december 1905 overlijdt Hendrika. Haar stoplap toont alle kenmerken van een Diaconie-doek. Deze doeken kwamen op het eerste oog sterk overeen met Burgerweeshuis doeken. Rondom een middenkader waarin een geromantiseerd motief is aangebracht – in dit geval een roos - worden acht stoppen geoefend. In de rechteronderhoek is dat een winkelhaakstop. De initialen tussen de stoppen verwijzen naar personeel van het weeshuis, familie en soms vriendinnetjes. Opvallend zijn de gekroonde initialen in de buitenhoeken van het middenkader. Zij behoren de vier regentessen toe. Deze dames van goeden huize werden moeders genoemd. De tweede letter verwijst naar hun achternaam. De Diaconie-doeken onderscheiden zich van de Burgerweeshuisdoeken, doordat de initialen de schrijfrichting blijven volgen en niet meedraaien met de klok, ook worden de persoonlijke gegevens van de borduurster in, net onder of boven het middenkader geplaatst. De hoekstop ontbreekt. De achtste stop is een winkelhaakstop, die een hogere moeilijkheidsgraad heeft en daardoor waarschijnlijk tot het laatst bewaard werd. Het handwerk van de Diaconie stond op een zeer hoog peil, evenals dat van het Burgerweeshuis. Hendrika legde in 1868 de laatste hand aan deze doek van groot formaat, die 47,5 bij 47,5 cm meet. Ze werkte met zijden garen op een fijn katoenen ondergrond.