stadskeur met jaarletter in hart van molenspel-bord: Amsterdam
: stadswapen
: jaarletter I = 1743
meesterteken in hart van molenspel-bord: IB: monogram J B in vierkant ,
: Jan Borduur
: werkzaam van 1731 tot 1766; Bron: Voet 1912, nr 400 a-b; Citroen 1975, nr 397; Duysters 1999, nr 4; Endlich 2011, nrs 390-396
belastingteken in hart van molenspel-bord: V: stempel V in bekroond schild
: Oud belastingteken 1813 – 1893 (ongeldig na 31-8-1953)
belastingteken midden van de schijven: zwijnskop
: zwijnskop staat voor periode 1831 – 1893
legaat 1890-03-12
inv.nr. KA 4500 in depot
Bordspel met achttien damschijven; een zijde is dambord en andere zijde is molenspel.
Het maken van kleinwerk, dat wil zeggen van onder andere speelgoed, stempels en naaldenkokers was in de 18de eeuw een typisch Amsterdamse specialiteit. Bekende Amsterdamse kleinwerkers, die vooral speelgoed maakten waren: Willem van Strant (1682–1742), Arnoldus van Geffen (1700–1769) en zijn neef Johannes Adrianus van Geffen (1766-voor 1798), Jan Bonket (1727–1789) en Pieter van Sommerwil II (1737–1802). Van hun hand zijn enkele van de voorwerpen in de vitrine. Het speelgoed was vooral siergoed, dat op plankjes kon worden opgesteld. Op schilderijen zijn wel eens kinderen afgebeeld die er echt mee spelen.