kleine stadskeur onderzijde bodem: Amsterdam
: stadswapen
: jaatletter I = 1768
meesterteken onderzijde bodem: hartvormig schild met hoorn
: Arnoldus van Geffen
: werkzaam van 1728 tot 1769; Bron: Voet 1912, nr 251; Citroen 1975, nr 1199; Duysters 1999, nr 24; Endlich 2011, nrs 285-319
patentmerk sluitrand deksel, buitenzijde deksel: V in bekroond schild
: Oud belastingstempel 1813 – 1893 ( ongeldig na 31-8-1953 )
belastingteken buitenzijde bussen op scharnier deksel, dop en sluitrand.: zwijnskop
: zwijnskop staat voor periode 1831 – 1893
legaat 1890-03-12
inv.nr. KA 6655 in depot
Rechthoekig kistje staand op vier console voetjes, scharnierend deksel en U-vormige greep. Binnenzijde met twee schotten in vieren verdeeld, waarin twee rechthoekige suikerbussen met een scharnierend deksel aan de korte zijde en twee theebussen met een losse dop (maatdopjes).
Thee werd aangevoerd op schepen van de VOC. Omstreeks 1700 was het een duur drankje waarmee de vrouw des huizes veel eer kon inleggen. ‘Costelijk setsel’ luidde een toenmalige omschrijving. Om geur en smaak van de theeblaadjes te behouden werden ze in kleine zilveren busjes bewaard en opgeborgen in een afsluitbaar kistje. Meestal waren deze gemaakt van kostbare houtsoorten, porselein of zilver. De binnenzijde van dit miniatuur theekistje heeft een onderverdeling in vieren. De twee theebussen voorin hebben een scharnierend deksel en de bussen achterin een losse dop. ( Bert Vreeken)