stadskeur achterzijde haak: stadswapen Amsterdam
gehalteteken achterzijde haak: Hollandse leeuw
jaarletter achterzijde haak: Z: jaarletter Z
: jaarletter Z=1734
meesterteken? achterzijde haak: IS: meesterteken met letters I S in hart
: bron: Citroen 1975, nr. 555/meesterteken IS= Jerimas Stagman (1699 [1725]- 1762)
herkeuringsteken achterzijde haak: O: gekroonde letter O
: gekroonde O staat voor 1807
gehalteteken achterzijde haak: 750/000: gehaltemerk voor gouden merken 750/000
: gehaltemerk sedert 1955
aankoop 1979-01-22
inv.nr. KA 16715 in depot
Chatelaine met gebogen gordelhaak en haakplaat, scharnierend sierstuk met pendant en twee zijpendanten. Haakplaat en schilden met gedreven voorstellingen op een geruwde ondergrond. Op haakplaat een rustende Amor met boog en pijlenkoker in een landschap, binnen een symmetrische omranding van bladvoluten, een schelp en twee dolfijnen. Sierstuk bestaande uit drie rechthoekige schilden, door middel van gecontourneerde schakelkettingen met elkaar verbonden. Elk schild met een gevleugeld kinderfiguurtje met - van boven naar beneden - een lam, twee harten op een altaar en een anker, respectievelijk Geloof, Liefde en Hoop verbeeldend. Hieronder een scharnierend pendant tussen symmetrische bladvoluten.
Chatelaines waren bestemd om een horloge, de bijbehorende sleuteltjes en een zegelstempel aan te bevestigen (cat.nr. KA 18104). Ze werden zowel door mannen als vrouwen gedragen. In het laatste geval kon ook naaigerei deel uitmaken van het ensemble. Chatelaines kwamen in het tweede kwart van de achttiende eeuw, in de mode. Ze zijn gebruikelijk samengesteld uit gegoten schildjes, die met scharnieren en ringetjes met elkaar zijn verbonden. De versiering bestaat veelal uit religieuze, mythologische of allegorische voorstellingen. Sommige decors bleven over een langere periode gelijk. Dit was mede het gevolg van het gebruik van dezelfde modellen voor gietvormen.
In het Rijksmuseum te Amsterdam bevindt zich een groep koperen modellen voor gietvormen van versieringselementen van chatelaines. Deze zijn afkomstig van leden van de zilversmedenfamilie De Roever, werkzaam te Amsterdam in 1771-1833. Zie over deze modellen: Ter Kuile 1980-1981, p. 469-473; Ter Kuile 1986, p. 306-310 nr. 443-456.
Zie ook: cat.nr. KA 18104. ( Bert Vreeken)