Dit is een schaalmodel van een bijwagen van de eerste elektrische trams in Amsterdam. Het werd gemaakt door een gepensioneerd slijpsteenexpert die in dienst was van een tramfabriek. Het getal 682 op de houten zijpanelen staat voor het wagennummer van de tram uit 1913. Deze bijwagens hadden zelf geen motor maar reden achter een motorwagen op alle lijnen in Amsterdam. Eind jaren vijftig werden de laatste wagons van dit type buiten dienst gesteld.
Op 1 januari 1900 nam de gemeente de exploitatie van de Amsterdamse trams over en wijzigde de bedrijfsnaam in Gemeentetram (vanaf 1943 GVB). Direct na de overname ging de gemeente aan de slag met de elektrificatie van de tramlijnen. De eerste elektrische tram reed op 14 augustus 1900. Het was lijn 10 van het Leidseplein naar de Zoutkeetsgracht. Amsterdam liep ‘s avonds uit om de lichtjes in het rijtuig te bewonderen. Eind 1904 stond 93 procent van het net ‘onder stroom’. ( Jacqueline Grandjean)

Dit schaalmodel is een bijwagen uit 1913 van een van de eerste elektrische trams. De eerste tram, de paardentram, werd tussen 1900 en 1906 vervangen door de elektrische tram. Net zoals bij het schaalmodel werden alle bijwagens in het begin voortgetrokken door een motorwagen. Eind jaren ’50 werd er afstand gedaan van dit type en werden er steeds weer nieuwe tramsoorten ontwikkelt en tramlijnen geplaatst. Dit heeft ertoe geleid dat Amsterdam tegenwoordig een van de grootste tramnetten van Europa heeft. ( Quirine van Aerts)

Gemeente Amsterdam merkte in de 19e eeuw op dat de stad een statusverhoging nodig had; er werd een dierentuin en parken aangelegd, maar ook een tram zodat welvarende burgers zich gemakkelijk konden verplaatsen. Daarom kwam in 1875 de paardentram. Deze tram werd tussen 1900 en 1906 vervangen door geëlektrificeerde tramlijnen. Het voorheen particuliere bedrijf Amsterdamsche Omnibus Maatschappij (AOM) werd nu ook overgenomen door de gemeente en Gemeentetram Amsterdam (GTA) genoemd. Het schaalmodel dat hier getoond wordt is een bijwagen van een van deze eerste elektrische trams. Door het wagennummer 682 op de zijkant kunnen we opmaken dat dit model in 1913 werd gemaakt. Alle bijwagens werden voortgetrokken door de motorwagen die voorop reed. Eind jaren ’50 werd afstand gedaan van dit model en kwamen nieuwe typen trams in het beeld, zoals enkel- en dubbelgeleden trams. Tegenwoordig kent Amsterdam ook de Combino; een lage vloertram die in meerdere steden in Europa rijdt. De ontwikkeling van het trambedrijf sinds 1875 tot heden heeft ertoe geleid dat Amsterdam een van de grootste tramnetten van Europa heeft.