opschrift voorzijde, op de banderol: ons hert en handt / is voor het landt
omschrift keerzijde, rond het portret van Willem II: Dorete Kols vereert dese penninck aan Matewes Leenderse van de Briel geboren den 11 / augusti 1650
omschrift keerzijde: in 't Gülde vrede jaer in Jüli 3. mael tien Heeft men des Prinsen volck voor Amsteldam gesien En heeft de stadt berent met Ruijters en Soldaten En in Augüsti 4 de selve weer verlaten *
aankoop 1888-04-09
inv.nr. PA 417 in depot
Voorzijde: het beleg van Amsterdam in 1650 door Stadhouder Willem II (1626-1650). Op de Amstel verschillende schepen met gewapende burgers. Het voorste schip voert de vlag met het wapen van Amsterdam. Links een boot met daarop koeien. Voor de vestingwallen links een groep bomen met huizen. Achter de vestingwallen de stad Amsterdam. Hierboven een hand die een hart vasthoudt en een banderol met spreuk. In het miden van de banderol het gekroonde wapen van Amsterdam.
Keerzijde: borstbeeld van Stadhouder Willem II (1626-1650) versierd met de ridderorde van Sint Joris. In de achtergrond de stad Amsterdam achter haar vestingwerken met het prinselijk leger te paard en te voet die naar rechts voor de vestingwallen langstrekken. De soldaten te voet dragen een geweer op de schouder. Om de rand twee omschriften: een behorend bij de afbeelding; de tweede memoreert de geboorte van Mattheus Leenderse van de Briel in dat gedenkwaardige jaar.
Herkomst
Collectie Pieter Smidt van Gelder; veiling F. Muller, 1846, nr. 2143; voor 20,50 verkocht; collectie Hendrik Salm; veiling G.Theod. Bom, 25 januari 1864, nr. 1050, voor 50 gulden verkocht aan Moquette; collectie J.A. Völcker; veiling Frederik Muller, 9 april 1888, nr. 664.
In de zeventiende eeuw ontstond in Nederland een penningvorm waarbij voor- en keerzijde werden gevormd door twee afzonderlijk gegoten plaquettes, die op elkaar werden gesoldeerd of door een eromheen gelegde rand bijeengehouden werden. De plaquette aan de voorzijde van deze penning stelt het beleg van Amsterdam in 1650 door Willem II voor; die aan de keerzijde toont het borstbeeld van Willem II, waaromheen de tekst ‘Dorete Kols vereert dese penninck aen Matewes Leenderse van de Briel geboren den 11 augusti 1650’ is gegraveerd. Deze tekst maakt de penning tot een unicum. Vermoedelijk was Dorete Kols een van de getuigen bij de doop van Mattheus, en heeft zij deze penning laten vervaardigen als ‘pillegift’.
Mattheus van de Briel zal de zoon zijn van Leendert Leendertsz. van den Briel en Catharina van Erpecum (?-1664). Zij gingen een jaar na zijn geboorte op 18 augustus 1651 in Amsterdam aan de pui in ondertrouw. Vermoedelijk is Mattheus jong overleden: meer gegevens over hem zijn niet bekend.
( Judith van Gent)