Portret, tot even boven de knieën, van een bejaarde man met snor en sikje, een degen op de heup, de rechterhand op een verhoging, de linkerhand, die een staf vasthoudt, in de zij. Hij heeft een sjerp met penning om de schouders. Daarboven kraagstuk van kuras.
Herkomst
Museum Het Broekerhuis, Amsterdam; mevrouw S.A. Lopez Suasso-de Bruijn, Amsterdam, 1887; legaat van mevrouw S.A. Lopez Suasso-de Bruijn, Amsterdam, 1890.
Heette tot dusver door een anoniem meester. Mej. L. de Bruyn attendeert er echter op dat het schilderij een kopie is naar een prent die Cornelis van Dalen vervaardigde naar een schilderij van Jan Lievens (HOLLSTEIN V, blz. 121, nr. 157, met afb.; XI, blz. 79, nr. 8, waarbij ten onrechte wordt vermeld dat de prent vervaardigd zou zijr naar Lievens' geschilderd portret van Tromp in het Rijksmuseum). Onder de prent is een lofgedicht op Tromp afgedrukt.
Maarten Harpertszoon Tromp (Den Briel 1598 - overleden 1653) verhuisde in 1606 met zijn ouders naar Rotterdam. Voer aanvankelijk ter koopvaardij, waarbij hij enige malen in handen van zeerovers viel. In 1622 nam hij dienst op de staatse oorlogsvloot. In 1624 benoemde Prins Maurits hem tot kapitein. Aanvankelijk bevocht hij vooral Duinkerker kapers. In 1637 was hij opgeklommen tot Luitenan Admiraal. In 1639 werd onder Tromps bevel de slag bij Duins gewonnen. In 1640 verhief de Franse, in 1642 de Engelse koning hem in de adelstand. In de eerste Engelse oorlog versloeg hij admiraal Blake bij Dover. In diezelfde oorlog sneuvelde Tromp. Hij was drie maal gehuwd (zie: MOLHUYSEN V, kol. 969 e.v.). Moes vermeldt een 25 tal andere portretten van de zeeheld. ( Albert Blankert)