In een schemerig vertrek zit een beschonken man bij een wijnvat, een vrouw ligt met het hoofd op zijn knie; een been op een bank, de ogen gesloten, in de linkerhand een stenen pijp. Door een deuropening kijken twee mannen vermaakt toe hoe een derde figuur een over een schot hangend kledingstuk wegneemt. Links een bedstee.
Herkomst
Museum Het Broekerhuis, Amsterdam; mevrouw S.A. Lopez Suasso-de Bruijn, Amsterdam, 1887; legaat van mevrouw S.A. Lopez Suasso-de Bruijn, Amsterdam, 1890.
Vrij grove, wellicht wel oude kopie naar een gesigneerd schilderij in het Rijksmuseum (cat. 1934, nr. 2234; 52 x 64 cm). Op het origineel is het spreekwoord op het prentje rechts op het beschot leesbaar: "Wat baeten Kaers of Bril, als den Uil niet zien en wil". ( Albert Blankert)