Portret van Wilhelmina Koningin der Nederlanden (1774-1837), gemalin van Koning Willem I
Herkomst
Opdracht van Adriaan van der Hoop, 1833, met pendant, cat. nr 82, en geschonken aan zijn zuster Anna Maria van der Hoop (1775-1834), weduwe van Jan Clifford [Lijst, pag. 6, nr 79]; door vererving in bezit van Adriaan van der Hoop, nov. 1834 [Lijst, pag. 11, nr 128]; nagelaten aan de Stad Amsterdam in 1854; in vruchtgebruik bij zijn weduwe Dieuwke Fontein (1800-1879) [Taxatie, pag. 5, nr 80, samen met pendant nr 79, fl 100]; Museum Van der Hoop, 1880-1885; in bruikleen aan het Rijksmuseum, 1885-1975; teruggegeven aan de Stad, Amsterdams Historisch Museum 1975.
Bij Van der Hulsts portret van Koning Willem I hoort deze tegenhanger. Adriaan van der Hoop bestelde de portretten tegelijkertijd bij Jan Baptist van der Hulst en betaalde hem er 400 gulden voor. Het portret van de koning behield hij zelf, dat van de koningin schonk hij aan zijn zuster Anna Maria van der Hoop. Ze hadden afgesproken hun schilderij aan de ander te legateren. Toen Anna Maria in 1834 overleed, belandde het portret van de koningin alsnog in de collectie van de bankier.
Het schilderij is een variant op een portret ten voeten uit, door Van der Hulst in 1830 gemaakt (Den Haag, Stichting Historische Verzamelingen van het Huis Oranje-Nassau) ( Norbert Middelkoop)