Met hun opgeruimde stadsinterieurs tonen Jan Ekels I en Hendrik Keun zich uitstekende navolgers van Jan ten Compe. Daarbij ontwikkelden beide kunstenaars ieder weer eigen vaardigheden en thematiek. Voor zover bekend hebben Ten Compe noch De Beijer de Westerkerk met de lastig in beeld te brengen hoge toren geschilderd. Ekels baseerde de compositie van zijn Westerkerk en Westerhal, dat tot zijn beste werk behoort, dan ook waarschijnlijk op het schilderij van Van der Heyden, dat zich destijds nog in de kerkmeesterskamer bevond. Wel verplaatste hij het standpunt van de toeschouwer ietwat naar het zuiden, naar het begin van de brug over de Keizersgracht. Aldus creëerde hij een uitzicht langs de Westerhal naar het westen, waar de huizen aan de Prinsengracht het beeld begrenzen, net zoals rechts van de kerk. De figuurtjes op en voorbij de brug nodigen ons als het ware uit om met hen de voorstelling binnen te wandelen. De typische, op Van der Heyden geënte wolkenpartij, draagt bij aan een overtuigende ruimtewerking. ( Norbert Middelkoop)

De Westerkerk werd tussen 1621 en 1631 gebouwd naar een ontwerp van Hendrick de Keyser. De bouw van de toren werd in 1638 voltooid volgens een door Cornelis Danckerts en Hendricksz Pieter gewijzigd ontwerp. Op de voorgrond is de Westerhal te zien, gelegen aan de Keizersgracht. Dit gebouw werd in 1619 opgetrokken als wachthuis voor de schutterij en als vleeshal. In 1857 werd de Westerhal wegens bouwvalligheid afgebroken.

De Westerkerk is gebouwd naar een ontwerp van de bekende Amsterdamse architect Hendrick de Keyser. De kerk, die in het hart stond van de grote stadsuitleg van na 1609, werd in gebruik genomen in 1631. Het was een van de eerste protestantse kerken in Amsterdam. Ekels perfectioneerde de schidlertechniek van Jan van der Heyden. Een van zijn specialismen was het schilderen van Amsterdamse stadsgezichten.