Een beeld met twee aanzichten: een vrouw met bloemen (Flora) en een man met fruit (Bacchus). Dit beeld en (BA 2211) zijn tezamen verworven, maar zijn, onder meer gezien de verschillen in schaal en vorm van de sokkels, niet zonder meer als pendanten te beschouwen. De combinatie van Flora en Bacchus zou een verwijzing naar de seizoenen lente en herfst kunnen zijn. De beelden hebben beide een gat in boven- en onderzijde, misschien bedoeld om ze door middel van pennen draaibaar te maken.
Herkomst
Aangekocht van H.C.F. Zwaal, Amsterdam, 1936.
Trefwoorden
,
173642
Beelden met twee aangezichten komen zelden voor. Wellicht heeft dit beeld deel uitgemaakt van een uitgebreidere tuindecoratie met allegorische figuren. De combinatie van Flora en Bacchus zou een verwijzing naar de seizoenen lente en herfst kunnen zijn. Bovenin en onderin het beeld zijn gaten aangebracht waar misschien pennen in hebben gezeten om het geheel draaibaar te maken. Flora is getooid met een bloemenslinger, Bacchus is omhangen met druivenranken.
Catalogus beelden AHM 1995
Dit beeld is gelijktijdig verworven met BA 2211. Gezien de verschillen in schaal en vorm van de sokkels kunnen zij niet zonder meer als pendanten worden beschouwd. Beide beelden hebben een gat in boven- en onder¬zijde. Deze kunnen zijn bedoeld om ze door middel van pennen draaibaar te maken. Beelden met twee aangezichten komen zelden voor.
