In 1920 plant Hildo Krop een populier in de tuin van zijn woning en atelier in de Plantage. 32 jaar later is de boom zo groot geworden, dat deze moet worden omgehakt. De beeldhouwer, inmiddels 68 jaar, zaagt de stam door midden en hakt daaruit een beeltenis van Salomé met het hoofd van Johannes de Doper aan haar voeten. In 1956 krijgt hij de eretitel van Stadsbeeldhouwer van Amsterdam. ( Anneke van de Kieft)
Tentoonstellingstekst
In 1920 plantte Hildo Krop een populier in zijn tuin aan de Plantage Muidergracht. tweeëndertig jaar later was de boom zo groot geworden, dat deze moest worden omgehakt. De beeldhouwer besloot de stam door midden te zagen en creëerde deze 3,5 meter hoge kariatide. Een kariatide is een vrouwenbeeld dat wordt gebruikt als zuil. Dit kunstwerk is echter nooit als zuil gebruikt.
Beeldend kunstenaar Hildo Krop werkte onder andere mee aan de decoratie van het Amsterdamse Scheepvaarthuis, dat tussen 1913 en 1916 aan de Prins Hendrikkade gebouwd werd. In 1911 won hij de Nederlandse aanmoedigingsprijs voor jonge kunstenaars, de Prix de Rome. Vanaf 1916 was hij stadsbeeldhouwer van Amsterdam. In de bezettingsjaren was Krop actief in het verzet. Na de oorlog werkte hij aan het beeld van de februaristakers op de Nieuwe Oosterbegraafplaats. Een bekend beeld van zijn hand is het standbeeld van H.P.Berlage, op de kop van de Vrijheidslaan. ( Jacqueline Grandjean)