Mouwloos lijfje van donkerblauwe wol geborduurd met rood, groen, wit en geel wollen garen, twee bloemen op de voorzijde en florale motieven. Met roodzwart band afgebiesd, drie vastgezette heupkussentjes. Voering is van linnen.
Werd in principe als onderkleding gedragen, zichtbaar onder het vest. Ook werd het bij een Marker bruidskostuum gedragen met zeven geborduurde bloemen.
Onderzoek naar en fotografie van de 18e- en 19e-eeuwse kostuums van het Amsterdam Museum zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Barbas- Van der Klaauw Fonds, het Netty van Doorn Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds.