meesterteken onderzijde dop/onderzijde koker: JVH: meesterteken met de letters J V H onder vis in rechthoek
: bron: Verantwoordelijkheidstekens 1999, nr. 66396/meesterteken JVH= Johannes van Hoek (1785 [na 1820] -1847)
gehalteteken bovenrand koker/onderzijde dop: zwaardje
: zwaardje staat voor periode 1813 – 1906 (zwaardje met glad heft)
schenking
inv.nr. KA 3734 in depot
Ronde, taps toelopende koker met afschroefbare achthoekige dop. Reliëfdecors in stampwerktechniek. Op wand koker bloemenguirlandes en twee cartouches, samengesteld uit C-voluten, de bovenste met een voorstelling van de aanbidding der herders (Lucas 2:8-20), de onderste met de doop van Jezus (Mattheüs 3:13-17; Marcus 1:9-11; Lucas 3:21-22; Johannes 1: 29-34). Op wand dop een vliegende duif met tak in de bek.
Origin
Sophia Augusta Stichting, Amsterdam, herkomst en jaar van verwerving onbekend
Taps toelopende naaldenkokers met een schroefdop kwamen in de periode 1750-1820 veelvuldig voor. Mallen voor stampwerk werden gedurende langere tijd gebruikt en door zilversmeden onderling uitgeleend of na overlijden overgenomen. Van het laatste is deze naaldenkoker een voorbeeld. Van Cornelis van Hoek, de vader van Johannes, bezit het Amsterdams Historisch Museum een koker met identieke bijbelse decors (cat.nr. KA 3735). Een andere naaldenkoker door Johannes van Hoek bevindt zich in Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam (Ter Molen 1994, p. 559 nr. 301). Zie over dit type naaldenkoker: Wttewaall 1994~2, p. 129-131. Zie het commentaar bij cat.nr. KA 3741. ( Bert Vreeken)